Tweede Kamer hekelt aanpak inspectie rond islamitisch Haga Lyceum

De Tweede Kamer zet vraagtekens bij het handelen van de onderwijsinspectie rond het omstreden islamitische Cornelius Haga Lyceum in Amsterdam. De SP vindt dat de inspectie "gewoon gepiepeld is".

Ook bij andere Kamerleden leeft een grote frustratie over het geduld van de inspectie met het steeds maar tegenwerkende schoolbestuur. "Is de onderwijsinspectie wel genoeg toegerust voor dit soort scholen, die bewust een verkeerde voorstelling van zaken geven?" vraagt de ChristenUnie zich af.

Het schoolbestuur heeft bij een inspectiebezoek gedreigd met "ordeverstoringen", zo maakte minister Slob bekend. "De schooldirecteur zei dat als de inspectie zou doorgaan, hij zijn personeel niet in de hand zou kunnen houden."

Een Kamermeerderheid wil dat de school nu gewoon wordt gesloten. De partijen kunnen zich niet voorstellen dat een rechter het daar niet mee eens zou zijn.

Niet in Nederland

Slob blijft erbij dat er niet meer gedaan kan worden dan nog een keer proberen verschillende inspecties uit te voeren. "Er is geen juridische grond om de bekostiging te stoppen of de school dicht te doen", zegt hij.

Maar de partijen vinden dat Slob genoeg reden had om de geldkraan tijdelijk dicht te draaien. Ze leggen zich er ook niet bij neer dat de school misschien open blijft. "Scholen als het Cornelius Haga lyceum horen niet in Nederland", zegt VVD-Kamerlid Heerema.

Hij vindt het goed dat nu bekend is welke ouders hun kinderen naar deze school hebben gestuurd. "Misschien kunnen we daar als maatschappij wat mee", zegt Heerema. Ook vraagt hij zich af of docenten die akkoord gingen met salafistische en jihadistische beïnvloeding nog wel op andere scholen kunnen werken. Volgens Slob is dat niet tegen te houden.

Radicale kringen

Uit het feitenrelaas van de inspectie blijkt dat van begin af aan, vanaf januari 2016, het bestuur van de school heeft dwarsgelegen bij onderzoeken naar de onderwijskwaliteit. Er werd gedreigd met procedures, er werden klachten ingediend en er werd dreigende taal gesproken.

De discussie over de school is begonnen toen de AIVD er achter was gekomen dat de school op het punt stond de helft van de lessen te gaan wijden aan de salafistische geloofsleer. De "richtinggevende personen" binnen de school die dit wilden, verkeren al sinds 2000 in radicale kringen. Dat is ruim voor de oprichting van de school.

Zij hadden in de periode van 2009 tot 2012, ook nog voor de oprichting van de school, contact met het Kaukasus Emiraat. Deze organisatie pleegde onder meer in 2010 de aanslag op de metro in Moskou waarbij tientallen doden vielen. Een deel van de terroristen sloot zich later aan bij IS.

Slob verwacht dat het inspectierapport, dat de toekomst van de school gaat bepalen, voor de zomer klaar is.