OM: journaliste Boersma wist van verleden vriend
Journaliste Ans Boersma wist in grote lijnen dat haar toenmalige vriend Abd A. actief was geweest voor de terroristische organisatie Jabhat al-Nusra. Het Openbaar Ministerie heeft dat gezegd in de eerste rechtszitting tegen de 33-jarige Syriër.
Het OM trekt zijn conclusies mede op basis van gesprekken die de AIVD heeft afgeluisterd tussen Boersma en A. Dat is geruime tijd gebeurd. Volgens het OM had A. een hoge positie binnen al-Nusra en stond hij in contact met andere hooggeplaatsten in de organisatie, die toen onderdeel was van al-Qaida.
Boersma sprak vorige maand tegen dat ze wist van A.'s terroristische verleden. "Hij zei altijd tegen mij dat hij wel actief was in het verzet tegen Assad, maar dat hij geen bloed aan zijn handen had", zei ze tegen Nieuwsuur.
Herkend
A. werd in november vorig jaar aangehouden op verdenking van deelname aan een terroristische organisatie in Syrië, Irak, Turkije en Nederland. Een jaar eerder kwam hij al in het nieuws toen hij tijdens een discussieavond over Syrië in het Amsterdamse debatcentrum De Balie werd herkend door enkele Syrische activisten. De AIVD hield hem toen al in de gaten, zo bleek later. De geheime dienst luisterde een groot aantal gesprekken af tussen A. en anderen, onder wie zijn ex-vriendin Boersma.
Begin dit jaar ontstond ophef toen Boersma, die correspondent was voor onder meer Het Financieele Dagblad, Turkije uit werd gezet nadat het OM informatie over haar had opgevraagd. Boersma wordt ervan verdacht dat ze in 2014 met valse papieren zou hebben geprobeerd A. naar Nederland te halen.
Slachtpartijen
Hoewel Boersma vandaag niet terechtstond, viel haar naam veelvuldig tijdens de toelichting van het OM op het onderzoek naar A. Zo heeft Boersma volgens het OM toegegeven dat ze in Turkije, toen ze een relatie met A. had, diens Twitteraccount bekeek waarop hij contact hield met 'de strijders'. Ze wist dus in grote lijnen wat hij in Syrië heeft gedaan, stelt het OM. A. heeft toen volgens het OM gezegd: "Ik heb gezworen niet meer te slachten, geen vrouw, geen man, niemand."
Volgens het OM zijn er sterke aanwijzingen dat A. zelf aan slachtpartijen heeft deelgenomen. Via een afgeluisterd gesprek waarin A. commentaar levert bij beelden die hij aan een ander toont, is het OM op het spoor gekomen van een propagandafilmpje van al-Nusra van een vuurgevecht tussen twee groepen waarbij A. betrokken was. Na afloop worden zeventien doden geteld en twee gevangenen die later ook worden gedood.
Emir van Raqqa
Later lijkt A. een hoge functie bij al-Nusra te hebben gekregen. Hij zou zelfs de titel 'emir van Raqqa' hebben gehad namens al-Nusra. Voor het OM is het onmogelijk om ter plaatse in Syrië onderzoek te doen.
Daarom wordt een beroep gedaan op leden van de Syrische gemeenschap in Nederland. Volgens het OM moet daar meer informatie zijn over de activiteiten van A. voor al-Nusra, en mogelijk ook beeldmateriaal. De animo om te verklaren is echter gering. Toch heeft zich onlangs een getuige gemeld die verklaart dat A. inderdaad een leidende rol bij al-Nusra had.
Volgens het OM heeft A. zijn activiteiten voor al-Nusra ook in Nederland voortgezet nadat hij hier in 2014 asiel had aangevraagd. Hij bezat diverse valse paspoorten en reisde ook geregeld naar Turkije en Saudi-Arabië. Uit informatie die de AIVD aan het OM heeft verstrekt zou blijken dat hij grote sommen geld naar Nederland smokkelde.
