Stadionplein Amsterdam wordt definitief geen Johan Cruijffplein
De plannen om het Amsterdamse Stadionplein om te dopen tot Johan Cruijffplein zijn definitief van de baan. Dat heeft de gemeente Amsterdam besloten. Het stadsbestuur zoekt een nieuwe plek om de beste voetballer uit de Nederlandse geschiedenis te eren.
In mei stelde de gemeente de naamsverandering al op het laatste moment uit vanwege bezwaren van omwonenden. Het was de bedoeling dat nog diezelfde week de straatnaambordjes werden vervangen op het plein naast het Olympisch Stadion.
Omwonenden vinden dat Cruijff beter op een andere plek in Amsterdam kan worden geëerd. Ook zou het Johan Cruijffplein niet passen bij de Grieks-mythologische straatnamen in de rest van de buurt.
Advies
Ook de straatnaamcommissie van de gemeente was tegen de naamsverandering, maar die boodschap kwam niet terecht bij het stadsdeelbestuur. Doordat ambtenaren van verschillende afdelingen aan het document sleutelden, transformeerde het negatieve advies in een positief advies, blijkt uit een reconstructie van de Volkskrant en AT5.
Ambtenaren en bestuur hebben in hun enthousiasme te weinig stilgestaan bij de zorgvuldigheid
Opvallend is ook dat de coördinator van de naamgevingscommissie, Floor Thoolen, meer dan 25 jaar actief was als vrijwilliger bij Ajax. Bij ruim 500 wedstrijden was hij stadionspeaker. Thoolen heeft, net als enkele collega's, met burgemeester Halsema gesproken over de gemaakte fouten.
"Uit die eerste gesprekken blijkt geen enkele kwade opzet bij het opstellen van de verschillende teksten. Wel blijkt dat ambtenaren en bestuur in hun enthousiasme te weinig hebben stilgestaan bij de zorgvuldigheid van de procedure", zegt Halsema tegen de Volkskrant.
Van Aartsen
Het negatieve advies kwam wel terecht bij waarnemend burgemeester Van Aartsen, maar op advies van ambtenaren zette hij de naamsverandering aanvankelijk toch door, blijkt uit de reconstructie.
Van Aartsen zegt in een reactie tegen de krant: "Ik ben zelf geen groot voetbalfan. Maar Johan Cruijff zegt ook mij veel, hij is een grote zoon van de stad. Er is mij ook steeds gezegd dat Van der Laan dit wilde. Dus ik zei: 'Regel dit'."
