Onderzoeksraad: varen met gevaarlijke stoffen in dichte mist aan banden
Binnenvaartschippers die gevaarlijke stoffen vervoeren, moeten bij dichte mist extra veiligheidsmaatregelen nemen. Dat concludeert de Onderzoeksraad voor Veiligheid, die een onderzoek instelde naar de botsing van een binnenvaartschip op een stuw bij Grave, eind 2016.
De raad noemt het inkorten van vaartijden en het eerder aflossen van de schipper als voorbeelden van maatregelen. Volgens de raad moet Rijkswaterstaat bovendien de bevoegdheid krijgen om bij extreme weersomstandigheden het scheepvaartverkeer stil te leggen.
Op 29 december 2016 voer een Duits binnenvaartschip met aan boord 2000 ton benzeen in dichte mist tegen de stuw in de Maas bij de Thompsonbrug in Grave. Als gevolg van de botsing daalde het waterpeil sterk. Het duurde weken voordat het nabijgelegen Maas-Waalkanaal weer bevaarbaar was, waardoor bedrijven schade leden.
De raad merkt op dat er op dit moment nauwelijks specifieke regels gelden voor de binnenvaart bij dichte mist. "Het bevreemdt de onderzoeksraad dat een schip beladen met 2000 ton benzeen ook in dichte mist tot veertien uur aaneengesloten mag varen zonder aflossing van de schipper", staat in het rapport.
Zo botste het schip tegen de stuw op de Maas:
Naast de schipper hebben ook de vaarwegbeheerder en de chemiebedrijven als opdrachtgevers voor het transport een verantwoordelijkheid, schrijft de raad.