Duizenden Rif-Marokkanen betogen in Brussel
Een paar duizend Marokkanen hebben in Brussel gedemonstreerd tegen de manier waarop Marokko de mensen in het Rif-gebergte behandelt. Er wordt nauwelijks geïnvesteerd in het gebied en protest daartegen wordt hard aangepakt. PvdA-Europarlementariër Kati Piri nodigde een delegatie van de actievoerders uit in het Europees Parlement.
Luguber
Een groot wit doek ligt op straat in Brussel. Luguber, want op dat doek staan afbeeldingen van mishandelde mensen. "Dit is hoe de regering in Marokko de mensen uit de Rif behandelt", zeggen de mensen er omheen. Veel komen er uit Nederland.
"Ik ben opgegroeid in Nederland, waar respect is voor mensenrechten", zegt er een. "En dus moet ik opkomen voor dezelfde rechten in het gebied waar mijn ouders vandaan komen. Ze wilden alleen voorzieningen als een ziekenhuis en een universiteit. Meteen werden de actievoerders opgepakt en mishandeld."
Eenzame opsluiting
Ahmed Zefzafi vertelt intussen in het Europees Parlement het verhaal van zijn zoon Nasser. Hij was een prominent actievoerder. "Het gaat slecht met hem. Hij zit al tien maanden in eenzame opsluiting. Ik wil van het parlement van Europa dat ze onze zonen vrij krijgen. Dat ze er bij Marokko op aandringen dat Europees geld ook naar de Rif gaat".
Hij is uitgenodigd door Piri samen met een vrouw wier man in de gevangenis zit en een mensenrechtenadvocaat uit Marokko. Aan het eind van de middag vertellen ze hun verhaal in een grote zaal van het Europees Parlement. In het publiek zitten ook veel demonstranten.
Staande ovatie
Piri en Zefzafi krijgen een staande ovatie. Maar veel kan het parlement hem en het publiek niet bieden. "Bewustwording, dat is een eerste stap", zegt Piri. "Alleen wat Spaanse en Portugese Europarlementariërs waren op de hoogte van de situatie in de Rif. Na vandaag zijn dat er dus meer. En het parlement heeft wel degelijk wat te zeggen over de Europese begroting. Dus we kunnen ervoor zorgen dat Europees geld ook daadwerkelijk in de Rif terechtkomt."
Zefzafi praat zacht, maar de zaal hangt aan zijn lippen. Hij vertelt zijn verhaal aan wie het wil horen, eind vorig jaar bijvoorbeeld ook aan de Nederlandse Tweede Kamer. Op mijn vraag of er sindsdien wat veranderd is antwoordt hij ontkennend. "Maar vertellen over het lot van mijn zoon is het enige wat ik kan doen."