Henry Keizer verdedigt zijn overname van De Facultatieve
NOS NieuwsAangepast

Alle feiten over VVD-voorzitter Keizer nog niet op tafel

  • Bas de Vries

    Research-redacteur

  • Bas de Vries

    Research-redacteur

Heeft Henry Keizer zich als ondernemer schuldig gemaakt aan "rücksichtslose zelfverrijking"? Of is de VVD-voorzitter juist volkomen integer geweest, zoals hij zelf stelt?

De komende tijd buigt de integriteitscommissie van zijn partij zich over de overname van uitvaartorganisatie De Facultatieve in 2012. Een overname die volgens de onderzoeksjournalisten van Follow the Money wel héél lucratief uitpakte voor Keizer en zijn drie partners. Zolang het onderzoek duurt, legt Keizer zijn taken neer als voorzitter van de grootste partij van het land.

De commissie onder leiding van oud-Kamerlid Willibrord van Beek heeft weinig houvast bij dit onderzoek. De VVD heeft een integriteitscode, maar die gaat eigenlijk uitsluitend over dilemma's waar je tegenaan loopt als politiek bestuurder. Deze nieuwe kwestie draait om iets anders: een zakelijke transactie die Keizer sloot vóórdat hij partijvoorzitter werd. En over de vraag of die deal moreel door de beugel kon.

Wat zijn de belangrijkste vragen die de commissie daarbij moet beantwoorden? Op welke punten is de verdediging van Keizer solide en waar is hij mogelijk kwetsbaar? Een overzicht.

1. De overnamesom

Centraal in de kwestie staat de verkoop van uitvaartonderneming De Facultatieve in 2012. Keizer en zijn compagnons waren de enige bieders op dat miljoenenbedrijf, waarvan hij al sinds 1998 bestuursvoorzitter was. De verkopende partij was de Koninklijke Vereniging voor Facultatieve Crematie, die in de tweede helft van de 19de eeuw was opgericht om het cremeren in Nederland legaal te krijgen. En die 100 procent van de aandelen in handen had.

Keizer had ten tijde van deze transactie verschillende rollen: hij was dus de zittende directeur van het te verkopen bedrijf, hij was de koper, maar was ook actief als adviseur van de verkoper. Om desondanks tot een "faire prijs" te komen, besloot het verenigingsbestuur drie taxateurs in de hand te nemen, die allen onafhankelijk van elkaar tot een waardebepaling van het bedrijf moesten komen.

Die bureaus kwamen met bedragen die uiteenliepen van 5,9 miljoen tot 16,8 miljoen euro. Uiteindelijk wisselden de aandelen van eigenaar voor 12,5 miljoen. Dat is iets boven het gemiddelde van die twee uiterste bedragen. Vandaar waarschijnlijk dat er na afloop in de notulen van de ledenraadsvergadering zo tevreden werd teruggeblikt: "De algemene conclusie is dat het onderhandelingsresultaat uitstekend is en aan de bovenkant van de huidige markt."

Miljoenen cadeau?

Volgens Follow The Money echter was de werkelijkheid anders: Keizer en de zijnen zouden hiermee feitelijk een goudgerand cadeau hebben gekregen van maar liefst 19 miljoen euro. In de jaarrekening over 2012 immers schat de eigen accountant van het bedrijf de werkelijke waarde op maar liefst 31,5 miljoen.

Uit de beschikbare stukken wordt echter niet duidelijk waar die huisaccountant dat bedrag vandaan haalt. Net zo min als duidelijk is op basis van welke informatie de drie eerdergenoemde bureaus tot hun aanzienlijke lagere waardebepaling zijn gekomen. Waardebepalingen die volgens kenners bijzonder zijn als je bedenkt dat het bedrijf jaarlijks miljoenenwinsten haalde.

Heeft het zittende management, onder wie Keizer, de toekomstverwachtingen van het bedrijf wat al te somber voorgesteld om de prijs te drukken? Dat kunnen de VVD-onderzoekers alleen bepalen als zij de opdracht aan de bureaus kunnen inzien.

"Alle feiten liggen op tafel", zei premier en VVD-leider Rutte zaterdag, in zijn verdediging van Keizer. Op dit punt is dat nog niet het geval.

Rutte: Henry Keizer is een integere man

2. De financiering

Hoe betaalde Keizer vervolgens die 12,5 miljoen euro? Volgens zijn critici deed hij dat met een "sigaar uit eigen doos", namelijk met dividend dat sowieso aan de vereniging uitgekeerd zou worden. Die term 'dividend' is opnieuw van de huisaccountant van het verkochte bedrijf, opgetekend in de jaarrekening over 2012. "Inhaligheid en hebzucht", is het oordeel van een advocaat financieel recht tegenover Follow the Money.

Keizer neemt daar in zijn verdediging van afgelopen vrijdag fel afstand van: de aankoop was volgens hem alleen mogelijk door een grote lening die de kopers waren aangegaan.

Ook bij deze kwestie geven de jaarrekeningen geen definitief uitsluitsel. Specialisten die de NOS raadpleegde, houden het erop dat een deel van het aankoopbedrag inderdaad uit de genoemde lening kwam. Maar bij een belangrijk ander deel is bepaald niet uitgesloten dat het wel degelijk gaat om 'overtollige kasmiddelen'. Geld dus dat het bedrijf sowieso op de rekening had staan, dat niet voor een ander doel hoefde te worden gebruikt en dat de kopers dus in de schoot werd geworpen. Miljoenen die daarom eigenlijk juist bij de overnamesom hadden moeten worden opgeteld.

Ook op dit punt moet de integriteitscommissie van de VVD duidelijkheid geven. Bijgestaan door de "meerdere gezaghebbende experts" die zullen worden geconsulteerd, zoals Rutte gisteren aankondigde.

Verklaring premier Rutte over VVD-partijvoorzitter Henry Keizer

3. Dubbele pet

Keizer wijst erop dat er bij deze aandelentransactie nadrukkelijk sprake was van een zogenoemde 'management buy-out'. Met andere woorden: het ging om een 'gundeal' waarbij het zittende management de zaak mag overnemen, in het besef dat de opbrengst hoger zou zijn uitgevallen als het verenigingsbestuur met het bedrijf de markt was opgegaan.

Waarschijnlijk speelde ook een rol dat bij het verenigingsbestuur als verkopende partij niet veel financiële kennis aanwezig was. Adviseur Henry Keizer beschikte daar wel over, maar hij had in deze zaak nadrukkelijk ook die andere belangrijke rol als koper. Een vraag in het onderzoek van Van Beek die voor de hand ligt is dan ook hoe hij die dubbele pet heeft gedragen: heeft hij het bestuur bijvoorbeeld geadviseerd die ontbrekende knowhow in dit verkoopproces aan te trekken?

Bij de beoordeling van dit soort vragen heeft de VVD-commissie, die eerder het functioneren van Kamerlid Mark Verheijen beoordeelde, de lat hoog gelegd. "Verlies van gezag ligt snel op de loer", schreef die commissie. "Anders dan bij het strafrecht is ook de schijn van ongewenst handelen dikwijls een graadmeter bij de integriteitsbeoordeling."

Deel artikel:

Advertentie via Ster.nl