Journalist Anadolu: lijst 'Gülenisten' was geen opdracht van regering
Het officiële Turkse persbureau Anadolu heeft artikelen over Gülen-scholen en -verenigingen in Nederland niet in opdracht van president Erdogan of de Turkse regering geschreven, zegt Anadolu-journalist Hasan Esen. Esen werkt op de Europa-redactie van Anadolu in Brussel. Hij vroeg Turkse Nederlanders welke organisaties in Nederland gelieerd zijn aan de islamitische geestelijke Gülen, die in Turkije als staatsgevaarlijk wordt gezien. De NOS sprak met de Turkse journalist.
Waar heeft u de informatie voor uw artikelen vergaard?
"We hebben het onderzoek vorige week in Nederland gedaan, in Rotterdam en Zaandam. Ik heb daar zo'n dertig mensen gesproken, Turkse Nederlanders en voormalige Gülenisten. Zij waren voorheen heel trots dat ze bij de organisatie hoorden, maar haten nu alles wat met Gülen te maken heeft. Zij gaven me de namen die ik heb gepubliceerd. Ik heb ze gecheckt. Na de publicatie ben ik door Turkse Nederlanders gebeld dat deze lijst onvolledig is. Maar van de andere namen die zij noemden, kon ik niet bevestigd krijgen dat het Gülenisten zijn."
Heeft de regering in Ankara u gevraagd deze artikelen te schrijven?
"Ons persbureau staat niet onder controle van de staat. Wij zijn semi-onafhankelijk. Het was geen opdracht van de regering. Na de couppoging heeft ons persbureau zelf besloten om in alle landen de structuren van Gülen te schetsen. Duitsland, België, Afrikaanse landen, enzovoort. Tot nu toe heeft het in geen enkel land tot ophef geleid."
Wat beoogde u met deze lijst?
"Ons doel is om de wereld te laten zien dat we te maken hebben met een terroristische organisatie, die zich vermomt onder allerlei andere namen, en die tijdens de couppoging meer dan 240 Turken heeft gedood. Ik begrijp de ophef niet. Ook IS en al- Qaida hebben organisaties die onder andere namen opereren. Overal ter wereld proberen journalisten deze terroristen te ontmaskeren. (...) Gülen probeert de controle over te nemen. Niet alleen in Turkije, maar ook in jullie landen. Ze proberen in alles te infiltreren: financiële zaken, Buitenlandse Zaken, religie, zelfs de huwelijken van mensen. Het is aan Nederland zelf om te bepalen wat het met deze informatie doet. Het enige wat wij beogen is te laten zien: deze mensen hebben maskers op, maar ze zijn gevaarlijk."
Is het toeval dat het eerste artikel met de namen werd gepubliceerd op dezelfde dag dat minister Koenders in Ankara sprak met zijn ambtgenoot Cavusoglu?
"Dat is compleet toevallig. We hadden het artikel vorige week vrijdag al willen publiceren, dat kan ik met onze e-mails en documenten bewijzen. Maar we hadden het toen ineens druk met de Turkse operatie in Syrië. Daarom hebben we het gisteren gepubliceerd, ons totaal onbewust van het feit dat minister Koenders net weg was."
Bent u niet bang dat de publicatie van de namen leidt tot geweld tegen Gülen-aanhangers in Nederland?
"Dat verwacht ik niet. Alle mensen op de lijst zijn al bekend bij de Turkse gemeenschap in Nederland. Dat is allang bekend, dat zegt jullie eigen minister van Buitenlandse Zaken ook. Ik ben eerder bang voor mijn eigen veiligheid. Er zijn al Gülenisten die navraag naar mij hebben gedaan. Als er gevaar dreigt, zal ik om politiebeveiliging vragen."
