Waar werd voor en waar werd tegen het verdrag gestemd?
Van de 390 gemeenten waar gisteren is gestemd over het associatieverdrag met Oekraïne, zijn in slechts 22 gemeenten meer voorstemmen dan tegenstemmen geteld. Dat leidt tot een kaart met voornamelijk rode nee-gebieden. Toch zijn er ook een paar groene plaatsen, zoals Wageningen. Daar brachten relatief de meeste mensen een voorstem uit: 62,4 procent.
Geografisch onderzoeker Josse de Voogd, verbonden aan de Universiteit van Amsterdam, concludeert dat de voor-stemmers voornamelijk in specifieke gebieden zitten. "Het gaat om een aantal studentensteden en een paar rijke randgemeenten." Zo springen van de grote gemeenten Amsterdam (52,5 procent voor) en Utrecht (57,4 procent voor) eruit, beide studentensteden.
Top 10 gemeenten waar 'voor' werd gestemd
Gemeente | Percentage 'voor' |
1. Wageningen | 62,4 |
2. Rozendaal | 61,6 |
3. Vlieland | 57,9 |
4. Utrecht | 57,4 |
5. Haren | 57,2 |
6. Bunnik | 54,5 |
7. Oegstgeest | 53,8 |
8. Leiden | 53,6 |
9. Zuidhorn | 53,6 |
10. Bloemendaal | 53,5 |
Landelijk stemde een ruime meerderheid tegen het associatieverdrag: 61,1 procent. 38,1 procent stemde voor en 0,8 procent bracht een blanco stem uit.
In het lijstje van gemeenten waar relatief de meeste tegenstemmen werden uitgebracht staat Urk bovenaan. Daar stemde 83,3 procent tegen.
Top 10 gemeenten waar 'tegen' werd gestemd
Gemeente | Percentage 'tegen' |
1. Urk | 83,3 |
2. Nissewaard | 79,5 |
3. Edam-Volendam | 79,1 |
4. Kerkrade | 78,0 |
5. Landgraaf | 77,8 |
6. Pekela | 77,6 |
7. Hellevoetsluis | 77,6 |
8. Rucphen | 76,9 |
9. Tholen | 76,7 |
10. Brunssum | 76,7 |
Een analyse van de uitslagen laat een helder beeld zien, zegt hij. Zo concludeert De Voogd dat in de gemeenten waar voor het verdrag is gestemd, veel hogeropgeleiden wonen.
Op de kaart is vooral rood en groen te zien, maar De Voogd kijkt verder. "Het is veel interessanter om te kijken naar de gradaties van de nee-stemmers. In sommige gemeenten stemt 51 procent nee, in andere 83 procent."
"Maar er is ook een strook van gebieden waar nee weliswaar gewonnen heeft, maar waar relatief veel mensen voor het verdrag hebben gestemd", zegt hij. In die gebieden is het opleidingsniveau en het inkomen lager, maar hebben mensen veel vertrouwen in elkaar en in de overheid. "Ook wordt daar veel vrijwilligerswerk gedaan en is de opkomst bij verkiezingen traditioneel hoog."
Daartegenover staan bijvoorbeeld gebieden in het zuiden van het land, waar relatief veel mensen tegen het verdrag hebben gestemd. "Daar is van oudsher meer wantrouwen naar de overheid." De grootste groep tegenstemmers zit volgens hem in stagnerende industriegebieden, zoals Oss, Kerkrade en Heerlen.
Rond steden als Den Bosch, Breda en Eindhoven ligt het aantal tegenstemmers juist lager, omdat daar weer meer hogeropgeleiden wonen, zegt De Voogd.