Aangepast

VR-gaming: de realiteit is anders

Het zou dé hype van de komende jaren worden: gamen met een virtual-realitybril. De techniek zelf wordt ook steeds meer gebruikt: recreatief, via kartonnen headsets en smartphones, maar ook in het bedrijfsleven krijgt de technologie meer voet aan de grond. Maar in de game-wereld is zo'n brilletje niet zo populair als vooraf gedacht.

De cijfers zeggen genoeg: onderzoeksbureau Superdata voorspelde voor 2016 dat er ruim 7 miljoen virtual-reality apparaten verkocht zouden worden. Dat werden er bijna een miljoen minder. En vooral de omzet valt tegen: 1,8 miljard dollar tegenover een voorspelde 5,1. De prognoses voor de komende jaren zijn inmiddels aangepast.

Hoe kan het dat de verkoop zo achterblijft bij de verwachtingen? Dat bespraken we met twee experts op het gebied van gaming: Paul Hulsebosch van Tweakers en Jan Meijroos, gamejournalist voor verschillende websites en bladen.

Ze zijn het met elkaar eens: de prijs is het grootste obstakel om nog geen vr-bril te kopen. Er zijn volgens de experts drie relevante modellen - de HTC Vive, Oculus en PSVR, waarvan de goedkoopste zo'n 350 euro is. Dan ben je er nog niet, want je hebt ook een spelcomputer nodig én de speciale vr-versie van de spellen.

Het aanbod van games voor virtual reality is ook matig. Er zijn genoeg spellen die leuk zijn voor een uurtje, maar de beste 'triple-A games' zijn vaak niet beschikbaar. "Het is een kip-ei-verhaal: als er meer vraag is naar vr-brillen, dan zullen gamemakers daarop inspelen, maar mensen wachten met het kopen van zo'n bril tot er goeie games zijn", zegt Hulsebosch.

Daarnaast is het lastig om iemand te overtuigen dat een vr-bril de moeite waard is. "Ervaren is meemaken", zegt Meijroos: "Als je een nieuwe telefoon koopt, kun je in een mooie ruimte zo'n ding even uitproberen en met de telefoon spelen. Dat zouden ze met vr-brillen ook moeten doen."

Virtual reality moet zich niet richten op gaming, maar op reisbureaus en makelaars.

Paul Hulsebosch van Tweakers

Een deel van deze problemen komt door het product zelf, dat volgens Hulsebosch nog in de kinderschoenen staat. "Waar we nu naar kijken, is de eerste generatie vr-technologie. Er moet nu een tweede generatie komen, die alle problemen oplost. De brillen moeten dan draadloos zijn, met een goeie beeldkwaliteit. Én goedkoper", zegt Hulsebosch.

Binnen afzienbare tijd wordt daar al een goed startschot voor gegeven, als de Oculus Go op de markt komt. Die gaat zo'n 199 dollar kosten, is draadloos en werkt zonder pc.

Hulsebosch denkt ook dat de toekomst van virtual reality niet op gaming, maar op hele andere dingen gericht moet zijn: "Denk aan reisbureaus, waar je alvast door een hotel heen kunt lopen, of makelaars die je een huis kunnen laten zien zonder uit het kantoor te komen."

Meijroos ziet het wel nog gebeuren dat vr-gaming populair wordt, maar ziet grotere kansen op het gebied van 'serious gaming'. "Dat zijn spellen waarin je wat kan leren. Handig voor op scholen, maar ook bijvoorbeeld in het leger."

Een jongen test een vr-bril op Comic Con in Parijs

De voorspellingen over de verkoop van de apparaten blijven - ondanks teruggeschroefde prognoses - positief. Er wordt dan ook hard gewerkt aan nieuwe games. Meijroos: "Ze zijn nu bezig met games die je volledig in vr kunt spelen. Daar kun je uren, dagen, weken in ronddolen."

Deel artikel: