Meisjes geven elkaar tips over voedsel dat makkelijk uit te braken is, tellen calorieën in sondevoeding van een anorexiapatiënt en verstoppen zakjes kots onder hun bed. Netflix' To the Bone laat op soms heftige wijze zien hoe jonge mensen met hun eetstoornis worstelen.
Je kijkt met andere ogen naar de film als je zelf ooit een eetstoornis had of hebt overwonnen. Daarom vroegen we drie vrouwen die uit ervaring kunnen spreken wat ze van de film vinden. Is die realistisch?
Mandy, Kirsty en Jacqueline zijn het over één ding eens: de film mist een belangrijk aspect. Namelijk: hoe denkt de hoofdpersoon? "Als je echt wil weten wat er in iemands hoofd speelt, moet je dat horen", zegt Jacqueline Rodenburg van 25. Ze had ruim elf jaar anorexia en voelde zich onbegrepen en eenzaam in haar worsteling met de ziekte.
"Laat iemand lopen of fietsen, terwijl je diens stem hoort. Dat gebeurt in veel films, maar in deze niet. Terwijl dat juist realistisch zou zijn, dat stemmetje in haar hoofd."
In de film is volgens Mandy Vester (24) te weinig ruimte voor de gedachten van de hoofdrolspeelster met anorexia. Mandy had zeven jaar anorexia, maar is sinds vier jaar weer beter.
"Er wordt veel gepraat en sociaal gedaan, maar dat is niet geloofwaardig. Ze is bijvoorbeeld gezellig met haar zus aan de drank, maar toen ik middenin de ziekte zat, kon ik dat echt niet."
Maar toch herkent Mandy zich in delen van de film. "De eetstoornis wordt erin beschreven als een verslaving. Zo voelde het voor mij ook, het was een toevlucht voor mij, zodat ik aan andere problemen niet hoefde te denken."
Carmen Netten, directeur van eetstoorniskliniek Human Concern, is positief. "Het gaat weinig over eten in de film: iedereen bepaalt zelf hoeveel ze eten. Maar het gaat wel veel over wat er achter de eetstoornis zit. Daarbij gaat het niet over gewicht of eten, maar wat er van binnenuit moet gebeuren voor herstel."
Films als To the Bone en Emma wil Leven zullen voor mensen met een eetstoornis als een soort waarschuwing werken, zegt Netten. "Ook de omgeving wordt er scherper op." Kritiek over copycat-gedrag gelooft Carmen niet helemaal. "Maar een kleine groep denkt: ik wil nog dunner zijn. En bovendien is er meer voor nodig om een eetstoornis te krijgen dan een film."
Een groep jongeren zei expres hard genoeg dat ik het kon horen: moet je die junk zien.
Jacqueline denkt dat de film, als zij nog ziek geweest was, haar anorexia erger had gemaakt. "Ik denk dat ik juist doordat ik had gezien dat er meer meiden waren met de ziekte, ik 'gevoed' werd in mijn anorexia."
Kirsty daarentegen zegt dat de film zieke meiden juist wel kan helpen om misschien zelfs de stap te maken om een doktersafspraak in te plannen. "Hij kan ervoor zorgen dat meiden opener worden. Dat ze zich er niet voor hoeven te schamen dat ze ziek zijn."
Kirsty de Vreede (23) is nu nog in behandeling voor anorexia en vindt het logisch dat To the Bone ook niet alle aspecten van een eetstoornis laat zien. "Ik ben zelf al zes jaar bezig. Als je dat allemaal in een film wil hebben, krijg je zulke korte fragmentjes. Dat is niet te doen."
Iemand zei: 'jij moet echt gaan eten'. Ja, dat wist ik toen ook wel. Dat is het probleem niet.
Ook al is het beeld van anorexia niet helemaal compleet, de vrouwen vinden dat films en series over eetstoornissen het taboe dat erover heerst doorbreken. Erover praten, is het belangrijkste, zeggen ze allen.
Dat gebeurt niet altijd, zegt Mandy. "Toen ik nog anorexia had en in een supermarkt werkte, greep een klant me een keer bij m'n arm en zei: meisje, jij moet echt gaan eten. Ja, dat wist ik toen ook wel. Dat is het probleem niet."
"Soms is het niet aan de buitenkant te zien", zegt Jacqueline. "Een groepje jongeren zei eens, expres hard genoeg, 'moet je die junk zien'. Maar het probleem is niet alleen te zien aan de buitenkant. Het zit in jezelf."
Wij schreven eerder al verhalen over anorexia en andere eetstoornissen.