'De afweging tussen eigen genot en het wereldklimaat is elke dag weer moeilijk'
Bij nieuw klimaatbeleid moet er meer aandacht komen voor het gedrag van burgers, schreef klimaatminister Rob Jetten (D66) onlangs aan de Tweede Kamer. Volgens de minister is het belangrijk om te weten wat voor mensen "de bepalende factoren zijn bij het maken van duurzame, broeikasgasarme keuzes".
Het past in een trend: het VN-klimaatpanel IPCC besteedde in zijn meest recente rapport voor het eerst een hoofdstuk aan gedragsverandering. Want ook al groeien onder burgers de zorgen over het klimaat, de weerstand om ons gedrag écht te veranderen is vaak groter.
Het probleem is zo groot. En je eigen individuele actie is piepklein.
Een groep wetenschappers waarschuwde onlangs nog maar eens dat de wereld afstevent op een gevaarlijk hoge temperatuurstijging. De energietransitie gaat te langzaam. Ons gedrag speelt daarbij ook een rol, zegt klimaatwetenschapper en IPCC-hoofdauteur Gert-Jan Nabuurs: "We zijn met z'n allen verslaafd aan goedkope fossiele brandstoffen."
Het kan gigatonnen aan CO2-reductie opleveren als het lukt mensen zover te krijgen dat ze minder olie, gas en kolen gebruiken, stelt het IPCC in het recente rapport. De rol van gedragsverandering is te lang "over het hoofd gezien".
Het IPCC erkent dat onze motivatie om minder energie te gebruiken "vrij laag" is. Nabuurs: "Het probleem is zo groot en je eigen individuele actie is piepklein. Die afweging tussen eigen genot versus het wereldklimaat, dat is elke dag weer moeilijk."
Onrealistisch optimisme
Daar komt bij dat "mensen niet zo van verandering houden", zegt gedragspsycholoog Liza Luesink. Zij heeft een bureau gespecialiseerd in het stimuleren van gedragsverandering rond thema's als klimaat. "We houden het graag zoals we het hebben. We raken niet graag dingen kwijt."
Bovendien leidt het informeren van burgers niet per se tot meer actie, zegt Linda Steg, omgevingspsycholoog aan de Rijksuniversiteit Groningen en IPCC-auteur. "Alleen maar mensen bombarderen met informatie over hoe erg het is, leidt tot meer bewustzijn maar zelden tot gedragsverandering."
Luesink: "Het zien van al die smeltende ijskappen en al die problemen is voor mensen veel te groot. Daardoor raken ze in stilstand en denken ze 'ik weet het niet'. Vaak hebben we dan ook een onrealistisch optimisme, van 'uiteindelijk komt het heus allemaal wel goed en wordt het wel geregeld'."
Er wordt hard gewerkt aan technologische oplossingen voor het klimaatprobleem. Maar die staan nog in de kinderschoenen:
Wat leidt dan wél tot gedragsverandering? Onlangs vroeg het ministerie van Economische Zaken en Klimaat aan wetenschappers hoe de overheid gedragskennis beter kan inzetten bij klimaatbeleid. Wat zeker kan werken is gebruikmaken van sociale beïnvloeding, zegt Luesink. "Dus dat je anderen inzet om het goede voorbeeld te geven."
Zo deed Luesink in Apeldoorn een experiment met als doel mensen over te halen hun cv-ketel lager af te stellen. Ze testte twee verschillende manieren van communiceren: één folder bevatte vooral feitelijke informatie, een andere bevatte een foto van een buurtbewoner die de mensen uitgenodigde de thermostaat lager te zetten. "De persoonlijke folder kreeg drie keer meer respons dan de feitelijke folder. Meer mensen deden mee aan de actie doordat ze door hun buren waren uitgenodigd."
Omgevingspsycholoog Steg denkt dat de overheid soms beter de nadruk kan leggen op de gunstige milieueffecten van bepaald gedrag, dan dat je er geld mee bespaart. "Want soms bespaar je amper iets. En dan denken mensen: wat levert dat nou op? Als je benadrukt dat het goed is voor het milieu, doen ze het wel want het geeft een goed gevoel."
Het systeem stuurt ons nu vaak de verkeerde kant op.
Hoe dan ook is gedragsverandering alleen onvoldoende, benadrukt het IPCC. Er is een "systemische en culturele verandering" nodig om een einde te maken aan het gebruik van fossiele brandstoffen.
Luesink: "Het systeem stuurt ons nu vaak de verkeerde kant op. Het is goedkoop om te vliegen, duur om met de trein te gaan. Vlees is goedkoop en een vervanger is vaak duurder."
De overheid moet het goede voorbeeld geven, zegt ze, door bijvoorbeeld reclames die auto's of vliegreizen promoten te verbieden. "Een goed voorbeeld is het roken. Daarvan dachten we vroeger ook dat het heel normaal was. Het hele systeem was erop gericht om iedereen maar te laten te roken. Dat is nu heel anders geworden, en zo kan het met klimaat ook."
Na de zomer komt het kabinet met een reactie op de adviezen van de gedragswetenschappers. Dan laat minister Jetten ook weten of hij het verbieden van 'fossiele' reclames verstandig vindt.