Lizzy van Winsen
redacteur Nieuwsuur
Sinds de publicaties over de misstanden bij het tv-programma The Voice of Holland en bij andere omroepen en bedrijven, stijgt het aantal meldingen van grensoverschrijdend gedrag. Commerciële onderzoeksbureaus duiken in groten getale op deze groeimarkt, zegt onder andere regeringscommissaris Mariëtte Hamer. De onderzoeksredactie van Nieuwsuur dook in de cijfers, analyseerde rechtszaken en sprak met diverse deskundigen.
Misstappen liggen in deze groeimarkt op de loer, vrezen experts. Zo hebben bureaus niet allemaal de kwaliteiten om een melding goed te onderzoeken. Experts pleiten voor strengere eisen en waarschuwen: verlies de beschuldigden niet uit het oog.
Een werkgever kan veel meer de-escaleren in plaats van een eindeloos onderzoek starten.
Steeds vaker laten werkgevers een melding van grensoverschrijdend gedrag onderzoeken door een extern bureau. Twaalf van de dertien bureaus die reageerden op vragen van Nieuwsuur, zeggen (veel) meer aanvragen te krijgen voor onderzoek naar grensoverschrijdend gedrag.
Van de 3000 bedrijven met een vergunning voor een onderzoeksbureau, houden 450 zich bezig met grensoverschrijdend gedrag op de werkvloer, aldus het ministerie van Justitie. Dat aantal groeit.
Hamer: "'De markt' lijkt in te spelen op de grotere aandacht die er is voor sociale veiligheid, seksueel grensoverschrijdend gedrag en integriteitsvraagstukken." Maar het probleem, zegt Hamer, is een gebrek aan expertise en ervaring bij die bureaus. "We zien onderzoek te vaak misgaan."
Ook andere experts die Nieuwsuur spreekt beamen dat. "Wat je ziet bij alle groeimarkten is dat cowboys zich op de markt begeven terwijl ze gewoon de kwaliteiten niet hebben", zegt Caroline Raat, wetenschapper en jurist. "Met alle gevolgen van dien."
De voorwaarden waaraan de bureaus moeten voldoen, zijn ontoereikend, ziet advocaat en vertrouwenspersoon Loes Wevers. "Steeds meer bureaus die voorheen vooral onderzoek deden naar fraude en integriteitsschendingen doen nu het onderwerp grensoverschrijdend gedrag erbij. Terwijl dat echt een andere tak van sport is."
Fraudeonderzoek richt zich bijvoorbeeld op het doorspitten van boekhoudingen, terwijl het bij grensoverschrijdend gedrag draait om gedrag tussen twee partijen, en de subjectieve interpretatie van dat gedrag. "De bureaus zijn vaak niet goed genoeg in staat om vast te stellen wat er daadwerkelijk gebeurd is, om getuigen kritisch te verhoren en om de betrouwbaarheid van getuigenverklaringen te beoordelen", zegt hoogleraar arbeidsrecht Barend Barentsen.
"En een groot risico is dat bureaus te veel het woord van hun opdrachtgever gaan verkondigen. Namelijk: de beklaagde heeft het gedaan. Werkgevers moeten niet vergeten dat slachtoffers niet de enigen zijn waar ze voor moeten zorgen."
Anonieme meldingen
Ook de beklaagde heeft recht op goed werkgeverschap, zo bepaalt de Arbowet. Zeker als de melder anoniem wil blijven, komt dat recht nogal eens onder druk te staan. Wevers: "Zie je maar eens te verdedigen bij een anonieme melding die niet heel concreet is, bijvoorbeeld dat jij voor een angstcultuur zorgt."
Jaap van Engelenburg, de beheerder van de Utrechtse domtoren, kan daarover meepraten. Hij kreeg te maken met vage en soms anonieme beschuldigingen. De rechter bepaalde dat hij zich absoluut niet verwijtbaar had gedragen:
Wevers ziet vaker dat werknemers dat soort meldingen tactisch inzetten, bijvoorbeeld als hun leidinggevende kritiek heeft op hun functioneren. "Dan wordt opeens gezegd: 'Ik voel me niet meer veilig of ik ga een melding doen.' Als leidinggevende met zo'n melding aan je broek, ben je dan vleugellam."
Wanneer een zaak bij de rechter belandt, zal die beoordelen of de vermeende dader wel heeft kunnen reageren, zegt Raat. "Rechters zijn klip-en-klaar over hoe dat soort onderzoeken moeten gebeuren en dat er inderdaad altijd serieuze hoor- en wederhoor moet plaatsvinden."
Rechters laten anonieme meldingen vaak zelfs niet toe als bewijs, zegt Barentsen: "Hoogstens als ondersteunend bewijs bij ander niet-anoniem bewijs. Want de waarheid van anonieme meldingen is lastig vast te stellen en de beklaagde kan zich er lastig tegen verweren."
Beklaagde krijgt vaak vergoeding
Nieuwsuur analyseerde 138 rechtszaken rond grensoverschrijdend gedrag. In de meeste gevallen vertrekt de beschuldigde bij zijn of haar werkgever. Maar: vaak moet de werkgever wel een vergoeding betalen, bijvoorbeeld omdat de aantijgingen niet zijn bewezen of er onvoldoende aanleiding is voor ontslag. Terugkeer naar de werkvloer vindt de rechter dan niet realistisch omdat de onderlinge verhoudingen inmiddels te verstoord zijn.
In de gevallen die bij de rechter kwamen, werd de (onterecht) beklaagde nog financieel tegemoetgekomen. Maar zonder rechtsgang staan de vermeende daders er vaak alleen voor.
Werkgevers zouden hun belangen veel meer in het oog moeten houden, vinden de experts, en ze zouden minder snel een bureau moeten inschakelen. "We stappen te snel naar het middel van de melding of het doen van een onderzoek", zegt Wevers. "We voeren het goede gesprek niet meer met elkaar. Dat is een gemis."
Raat: "Een werkgever kan veel meer de-escalerend optreden met bemiddeling in plaats van een eindeloos onderzoekstraject starten."
'Stel eisen aan kennis'
Voor de onderzoeksbureaus bepleiten de experts snel scherpere regels. Barentsen. "In het arbeidsrecht is niet duidelijk geregeld wanneer je een externe partij móet inschakelen, of dat de werkgever het onderzoek bijvoorbeeld door het hoofd personeelszaken kan laten doen."
Het niveau van de onderzoekersopleiding moet hoger, net als de kennis van psychologie en interviewtechnieken. Enkele suggesties zijn het vastleggen dat er wederhoor moet plaatsvinden en dat er ook voor de beschuldigde een vertrouwenspersoon is. "Slecht onderzoek kent alleen maar verliezers", zegt Raat. "Dus zowel de beklaagde, de melder en de werkgever. En dit soort onderzoeken kun je niet nog een keertje overdoen."