Tijdens de Algemene Politieke Beschouwingen ging het vandaag veel over vervoer. Sommige politici willen niet dat benzine en diesel duurder worden door hogere accijns, anderen mikken erop de prijzen voor het openbaar vervoer niet verder te laten oplopen. Wie is gebaat bij welke verandering? En welke gevolgen hebben aanpassingen in de benzine- en ov-prijzen voor het klimaat?
Het lijkt erop dat een meerderheid van de Tweede Kamer de accijnsverhoging voor benzine en diesel wil terugdraaien. Eerder werden die accijnzen verlaagd in verband met de hoge brandstofprijzen, maar vanaf 1 januari gaan ze weer omhoog.
Dat stuit op weerstand in de Tweede Kamer. Volgens SP-leider Lilian Marijnissen is een accijnsverhoging onverstandig, want 2,50 euro per liter benzine is volgens haar niet te doen voor Nederlanders die al krap bij kas zitten.
Het is zonde van het geld.
Maar bij die redenering plaatsen deskundigen kanttekeningen: als politici iets willen doen voor mensen die krap bij kas zitten, kunnen ze beter aan andere knoppen draaien dan aan de brandstofaccijns. Want, zegt ING-econoom Marten van Garderen, inkomenspolitiek bedrijf je niet via de auto. "Het is zonde van het geld."
Het niet verhogen van de brandstofaccijns kost naar schatting namelijk 1,2 miljard euro. Maar dat geld komt volgens Van Garderen juist terecht bij de mensen met hogere inkomens. Hij heeft uitgerekend dat rijke Nederlanders drie keer meer voordeel hebben van een lagere accijns dan lage inkomens. Zij rijden en tanken meer.
VVD en BBB zijn toch voor
VVD-fractievoorzitter Sophie Hermans sprak vandaag tijdens het debat over een "ongelofelijk forse" prijsstijging, "terwijl een heel grote groep mensen in Nederland elke dag afhankelijk is van de auto." BBB-leider Caroline van der Plas vreest dat hogere brandstofprijzen andere nadelige effecten hebben. "Ondernemers die nu met hun mkb-busje op de weg rijden en straks nog hogere lasten hebben, zullen die moeten doorrekenen in de prijzen van hun producten, waardoor de burger per saldo weer het haasje is."
Maar als het doel is om mensen die krap bij kas zitten meer financiële ruimte te geven, dan is het volgens Van Garderen nuttiger om bijvoorbeeld naar de inkomstenbelasting te kijken. Daarmee kan gericht worden gezorgd dat wie minder verdient wat meer overhoudt, in plaats van dat een groot bedrag uit de staatskas bij automobilisten met een hoger inkomen terechtkomt.
Klimaat
Een ander argument om te sleutelen aan de brandstofaccijnzen is duurzaamheid. Volgens Erik Verhoef, hoogleraar ruimtelijke economie aan de VU, is het aannemelijk dat meer mensen de trein pakken als benzine duurder wordt. "Of automobilisten zouden een lagere snelheid kunnen kiezen, of ze nemen sneller een zuinigere auto."
CDA-leider Henri Bontenbal heeft "sympathie" voor het plan om de accijnzen laag te houden. Toch verwees hij tijdens de Algemene Politieke Beschouwingen ook naar de hierboven geciteerde onderzoeker van ING, die zegt dat vooral hoge inkomens profiteren. "Daarnaast zit er in het voorstel weinig voor het regionale ov", zegt Bontenbal.
Treinkaartje
Dat brengt ons bij het treinkaartje. De NS mag de tarieven komend jaar 3,5 procent verhogen bovenop de naar schatting 5 procent inflatiecorrectie. Dat is tegen het zere been van GroenLinks en ChristenUnie, die een voorstel indienden om de extra tariefverhoging van 3,5 procent te schrappen.
Volgens ING-econoom Marten van Garderen is het profijt van lagere ov-prijzen gelijker verdeeld tussen hoge en lage inkomens. "Want zowel mensen met lage als hoge inkomens gebruiken het ov." Maar nog steeds is het beter om inkomensbeleid via de belastingen te regelen als het doel is om de groep met lagere inkomens te helpen, stelt hij.
Daar sluit hoogleraar Verhoef zich bij aan. "Want als je treinen voor iedereen subsidieert, kan ook een rijke hoogleraar vervoerseconomie goedkoper reizen", verwijst hij naar zichzelf. "En dat is helemaal niet nodig."
Daarbij gaat het nu steeds over gemiddelden. Wie niet in de buurt van een goede ov-verbinding woont, heeft weinig aan lagere tarieven. Wie geen auto heeft, profiteert niet van een lagere accijns.
Of lagere ov-tarieven ook voor het klimaat gunstig uitpakken, is de vraag. Het Kennisinstituut voor Mobiliteitsbeleid berekende dat een prijsverlaging van 40% van de ov-tarieven weliswaar tot meer gebruikers van het openbaar vervoer leidt, maar niet tot veel minder automobilisten. De afname van CO2-uitstoot blijft daarom beperkt.
Lang debat in Den Haag
Terug naar de brandstofaccijnzen: door de aanstaande verhoging lijken benzine en diesel tot 21 cent per liter duurder te worden. VVD, PVV, Forum voor Democratie, BBB, SP, Denk, JA21, Groep Van Haga en het Kamerlid Den Haan willen die prijsverhoging schrappen. Of dat ook daadwerkelijk gebeurt, zal pas later duidelijk zijn. Op dit moment is het Tweede Kamerdebat over de begroting voor 2024 nog bezig.