President Volodymyr Zelensky wil dan graag schoon schip maken, maar de corruptie in Oekraïne is hardnekkig. En ook al is het oorlog, onderzoeksjournalisten schromen niet om tóch te publiceren over de misstanden in hun land.
Journalist Joeri Nikolov kreeg documenten toegespeeld waaruit bleek dat het ministerie van Defensie tientallen miljoenen teveel betaalde voor het eten van soldaten in oorlogsgebied. Ook zou veel voedsel niet naar het front, maar naar de handel zijn doorgesluisd.
Een schandaal zo groot, dat Nikolov besloot het verhaal te publiceren. Al ligt kritiek op de eigen legerleiding in tijden van oorlog gevoelig. Daarom begon hij zijn artikel met een boodschap: "Ik verontschuldig me voor de pijn die ik lezers hiermee doe", schreef hij.
Onderzoek
In de eerste maanden van de oorlog lag het journalistieke onderzoek naar misstanden en corruptie stil. Iedereen richtte zich op vijand Rusland, zegt onderzoeksjournalist Mychajlo Tkatsj. "Iedereen dacht: we gaan pas met de binnenlandse vijand afrekenen nadat we de vijand van buitenaf hebben verjaagd. Maar hoe kunnen we de vijand van buitenaf verslaan als de vijand van binnenuit zo sterk is dat hij ons verzwakt?", zegt Tkatsj.
Hij schreef dat een vertrouweling van Zelensky in een dure auto reed die hem gegeven was door een omstreden zakenman. Een ander verhaal ging over een openbaar aanklager die op vakantie ging terwijl het land in oorlog is. Tkatsj: "Natuurlijk kochten ambtenaren in het begin van de oorlog geen Mercedessen. Iedereen was op één ding gericht. Zodra de oorlog in een andere fase belandde, waren er zaken aan de gang waarover we hebben bericht."
De overheid moet niet alleen Rusland verslaan, maar ook Oekraïne omvormen tot de democratie waarvoor we nu vechten.
In het verleden werd dit soort corruptie vaak toegedekt, maar ditmaal reageerde Zelensky onmiddellijk: hij ontsloeg de betrokkenen en kondigde een onderzoek aan. Alsof er een wonder gebeurde, zegt Nikolov. "Voor het eerst in de twintig jaar dat ik onderzoek doe naar corruptie heeft de president zich achter ons geschaard en niet achter de corrupte ambtenaren."
Een gezond signaal voor de rest van de wereld, "maar vooral voor de Oekraïense bevolking, waar de president heel veel steun heeft", zegt Tkatsj. "Als hij die mate van steun wil behouden, moet hij het volk geven waar het om vraagt."
Inmiddels zijn er nieuwe wetten aangenomen die de rechterlijke macht versterken en helpen bij de strijd tegen corruptie. Tkatsj: "De samenleving accepteert niet dat terwijl de één voor vrijheid vecht en sneuvelt de ander vrijuit steelt door misbruik te maken van z'n ambtelijke functie."
De voorzitter van het anti-corruptiecomité van het parlement, Jaroslav Joertsjysjyn, is blij met de publicaties van journalisten. Volgens hem is dit hét moment om de ingesleten corruptie aan te pakken. "Oekraïners die hun leven geven om te bewijzen dat Oekraïne echt een democratie kan zijn verdienen het niet dat achter de frontlinie mensen dat allemaal vertrappen."
Een duidelijk signaal vraagt hij van de overheid. "Die overheid moet niet alleen Rusland verslaan, maar ook Oekraïne omvormen tot de democratie waarvoor we nu vechten."
Zelfcensuur
De onderminister van Defensie is inmiddels ontslagen, maar de minister zit nog op zijn plek. Volgens Nikolov is zijn positie door de affaire nog steeds wankel. "De dagen van de minister zijn geteld", zegt hij. "Het politieke besluit over het aanstellen van een nieuwe minister ligt er al."
De journalisten bewezen dat er in de oorlog ruimte is voor kritiek, al is die ruimte ook weer niet oneindig groot. "Politici en journalisten zoeken de confrontatie nu niet op. We zeggen niet openlijk dat Zelensky een slechte politicus is of iets verkeerd doet", zegt Nikolov. "Niet alleen uit zelfcensuur, maar omdat we heel goed weten dat we alleen kunnen winnen als we één zijn."
Hij vreest dat als de overheid, burgers én soldaten aan het front uit elkaar worden gedreven, de Russische tanks het land binnenrollen. "En dan is het afgelopen." Of zoals parlementslid Joertsjysjyn het zegt: "We hebben niet de luxe om oppositie te voeren. Ons parlement is nu verenigd tegen één vijand: de klote-Russen."