Er komen steeds meer namen naar buiten van ministers en staatssecretarissen in Rutte-IV. Het kabinet kwam alleen met een lijst waarop staat welke partij bij welk ministerie hoort, maar bronnen in Den Haag bevestigden al een groot aantal namen van bewindspersonen.
Wat valt op aan die - voorlopig nog onvolledige - lijst? We bespreken het met politiek verslaggever Arjan Noorlander.
Carrièrepolitici
Tijdens en na de formatie sprak informateur Johan Remkes de wens uit: een nieuw kabinet moest "echt een nieuwe start" betekenen, waarbij "ongetwijfeld sprake" zou zijn van nieuwe gezichten. Gezichten die niet allemaal vanuit de gevestigde partijkaders zouden komen, maar ook uit de samenleving.
"Dat is maar een heel klein beetje gelukt", zegt Noorlander. "Er zijn een aantal nieuwe namen die van buiten komen, maar er zitten toch vooral veel mensen tussen die carrière binnen een partij hebben gemaakt: Eerste Kamerleden, politici uit de regio, een Europarlementariër."
Er zitten wat Noorlander betreft twee namen tussen die daar een uitzondering op vormen: die van Robbert Dijkgraaf, beoogd minister van Onderwijs, en die van Ernst Kuipers, die de minister van Volksgezondheid moet gaan worden. "Dijkgraaf is echt iemand van buiten, die heeft nooit in de politiek gezeten. En Ernst Kuipers hebben we natuurlijk veel op de televisie gezien rond de coronacrisis, maar ook met hem wil het kabinet uitstralen: we gaan het echt anders doen dan hiervoor."
Wopke Hoekstra
Onzeker is nog op welke post CDA-partijleider Wopke Hoekstra terechtkomt. "Het ministerie van Buitenlandse Zaken wordt veel genoemd, maar de laatste partijleider die die post heeft ingenomen - Hans van Mierlo van D66 - heeft achteraf gezegd: dat is een enorme fout geweest. Want elke keer als er iets belangrijks gebeurde in de Nederlandse politiek, zat hij in het buitenland. Dat is een gevaar als je door wil in de politiek." Een andere post waar de CDA-partijleider aan wordt gekoppeld is het ministerie van Sociale Zaken.
Stap richting premierschap
Van een andere partijleider is al wel duidelijk welke plek ze krijgt: Sigrid Kaag van D66 wordt minister van Financiën. "Er werd vooraf getwijfeld of ze Financiën zou willen doen, want ze heeft geen financiële achtergrond", zegt Noorlander. "Er werd ook gezegd dat ze het liefst terug wilde naar Buitenlandse Zaken, dat is haar leven. Maar daar is ze in het vorige kabinet afgetreden na een aangenomen motie van afkeuring, dus dat zou niet geloofwaardig zijn."
Kaag is de eerste vrouwelijke minister van Financiën ooit. Noorlander: "Het is de op één na belangrijkste post in de politiek. We weten ook: ministers van Financiën in Nederland worden populair, die gaan over de centen, hebben overal de vinger in de pap, dus is dit duidelijk ook een stap richting het premierschap."
Loodzware post
Een andere naam die er voor Noorlander uitspringt is die van Dilan Yeşilgöz, die minister van Justitie en Veiligheid wordt. "Echt een loodzware post", zegt Noorlander. "Het ministerie van Justitie is de plek waar de georganiseerde criminaliteit aangepakt moet worden, waar experts elkaar bestrijden op zware juridische kwesties."
"Daar zijn de afgelopen jaren veel ministers op gesneuveld: eigenlijk alleen topjuristen als Donner, Hirsch-Ballin en Grapperhaus wisten zich staande te houden. Ze heeft talent, maar we moeten maar zien of ze dat kan, zonder bestuurlijke ervaring én zonder juridische achtergrond."