Renee van Hest en Bas Haan
Renee van Hest en Bas Haan
De Nederlandse overheid en het bedrijfsleven willen miljarden investeren in de door het kabinet aangekondigde groene waterstofeconomie. Staatsbedrijf Gasunie waarschuwt nu voor risico's die in de politiek onbesproken blijven.
Het staatsbedrijf is zelf een van de hoofdrolspelers en ontvangers van overheidsgeld, maar vindt dat er eerst strikte voorwaarden gesteld moeten worden aan deelnemende bedrijven voordat die miljarden geïnvesteerd worden. Doet de overheid dat niet, dan dreigt het mee te betalen aan nieuwe monopolieposities van het bedrijfsleven, zegt Ulco Vermeulen, lid van de Raad van Bestuur van Gasunie.
Uit onderzoek van Nieuwsuur blijkt bovendien dat de Tweede Kamer niet is geïnformeerd over de vele zorgen over de waterstofplannen. En dat terwijl het ministerie van Economische zaken achter de schermen de risico's van het grootste Nederlandse waterstofproject wel degelijk erkent.
Staatsbedrijf Gasunie is deelnemer van het consortium NortH2, waarin het samenwerkt met onder meer Shell en twee buitenlandse energiebedrijven. Het is de bedoeling om van Groningen een waterstofvallei te maken met duizenden windmolens op zee en de grootste waterstoffabriek van West-Europa.
Bekijk hieronder wie er precies in het consortium zitten:
Maar als de politiek geen voorwaarden aan financiering stelt, dreigt bijvoorbeeld een windenergie-monopolie op zee te ontstaan, en is onduidelijk wie uiteindelijk zeggenschap heeft over de waterstoffabriek. Staatsbedrijf Gasunie wil dat de politiek en het parlement hier zo snel mogelijk een fundamenteel debat over voeren.
"Dit is een heel belangrijke discussie voor Nederland en de politiek in Nederland om nu over na te denken", zegt Vermeulen. "Want als het eenmaal in andermans handen is hoef je er niet meer over na te denken. Laten we wel wezen: we hebben natuurlijk vaker gezien dat de industrie uiteindelijk in bepaalde sectoren monopoliseert."
Het ministerie van Economische Zaken en Klimaat erkent in een reactie dat de Tweede Kamer niet is geïnformeerd over NortH2. Maar volgens het ministerie hoeft dat niet omdat het om een commercieel project gaat, niet van de Rijksoverheid. Daarbij gaat het ministerie voorbij aan het feit dat een staatsdeelneming onderdeel is van het consortium.
Dit is een sprong in het duister. En dat is riskant.
Hoogleraar staatsrecht Paul Bovend'Eert noemt deze gang van zaken een voorbeeld van "de oude bestuurscultuur". "Je ziet dat er allerlei plannen worden ontwikkeld. En dat het parlement zolang die plannen niet definitief zijn, eigenlijk buitenspel staat."
Doordat er vooraf niet over voorwaarden, maatschappelijke kosten-baten en concrete doelstellingen is gesproken, is de waterstofeconomie daarmee een politieke gok met miljarden. "Dit is een sprong in het duister", zegt Bovend'Eert. "Je hebt nog geen concrete plannen, je weet niet wat precies de doelstellingen zijn. En je hebt geen goed beeld van de financiële gevolgen. Dat is riskant."