Renee van Hest en Jane van Laar
redacteuren Nieuwsuur
Renee van Hest en Jane van Laar
redacteuren Nieuwsuur
Plastic is niet uit ons leven te denken. Het zit in onze auto's en vliegtuigen, de speeltoestellen waar onze kinderen buiten op spelen worden ervan gemaakt en het houdt ons eten vers. Tegelijkertijd is plastic een probleem. Het komt terecht op straat als zwerfafval, het vervuilt onze rivieren en zeeën, dieren eten het op en ook in ons eigen voedsel is het terug te vinden.
Het wondermateriaal is zo sterk dat het eeuwig blijft bestaan en dat maakt het een probleem. Met name in de vorm van verpakkingen die we na één keer gebruiken alweer weggooien. Van ons huishoudelijk afval bestaat bijna een kwart uit verpakkingen. Bijna dertig jaar proberen we in Nederland deze afvalberg te bedwingen. Maar dat lukt nauwelijks: de berg is juist groeiende.
Vrijwillige afspraken
"We staan met de rug tegen de muur op het gebied van afval." Het zijn de woorden van minister van Milieu Hans Alders. Het is 1991 als hij het eerste Convenant Verpakkingen afsluit met het bedrijfsleven. Bedrijven moeten kritischer kijken naar welke producten verpakkingen nodig hebben. Hiermee wil de minister de verpakkingsafvalberg proberen terug te dringen.
De afspraken uit 1991 zijn ambitieus. In tien jaar tijd moet de totale jaarlijkse hoeveelheid verpakkingsafval (op dat moment 3201 miljoen kilogram) minder zijn dan de hoeveelheid in 1986 (2237 miljoen kilogram). Dat zou een daling zijn van ruim 30 procent.
Daarnaast moet 60 procent gerecycled worden en moet er een verbod komen op gratis plastic tasjes. Wettelijk wordt niets vastgelegd, alle afspraken zijn gemaakt op vrijwillige basis.
"Die vrijwillige convenanten waren in het begin misschien aardig", aldus Kees Clement. Hij is dertien jaar ambtenaar geweest op het ministerie van Infrastructuur en Milieu en voerde onder meer de onderhandelingen met het bedrijfsleven als 'coördinator verpakkingen', "We gingen met het bedrijfsleven om tafel. Iedereen geloofde hierin, wijzelf ook natuurlijk."
De hoeveelheid verpakkingen daalt na het sluiten van het eerste convenant iets, maar in 1997 wordt duidelijk dat het nog lang niet voldoende is. Ook de afspraak om gratis plastic tasjes te verbieden komt niet van de grond (pas na druk vanuit de Europese Unie verbiedt Nederland in 2016 de tasjes: negentien jaar later).
Besloten wordt dat er datzelfde jaar nieuwe afspraken komen met het bedrijfsleven: Convenant Verpakkingen II. Maar deze afspraken zijn een stuk minder ambitieus dan uit het eerste convenant. Zo wordt het eerdere doel om 13 procent minder verpakkingen op de markt te brengen helemaal losgelaten. Er wordt zelfs helemaal geen maximale hoeveelheid meer afgesproken.
Deze nieuwe, afgezwakte afspraken worden door het bedrijfsleven gehaald. Maar wie naar de cijfers kijkt ziet dat het aantal verpakkingen niet minder is geworden. Sterker nog: na een eerdere daling, stijgt de hoeveelheid afval na 1997 weer. In ons land groeit de verpakkingsberg per hoofd van de bevolking zelfs harder dan in andere Europese landen.
'Pappen en nathouden'
"Het is steeds toch weer pappen en nathouden. Dan waren er afspraken gemaakt, maar dan haalde het bedrijfsleven de doelstellingen niet en dan zeiden we: 'Dan maken we nieuwe afspraken'. En dat gebeurt tot op de dag van vandaag", aldus oud-ambtenaar Clement. Volgens hem werd er continu over punten en komma's onderhandeld met het bedrijfsleven.
Dat is ook terug te zien in de verslagen. Zo werd tijdens het Convenant Verpakkingen I expliciet vermeld dat de hoeveelheid kunststof verpakkingsafval in huishoudelijk afval 'inclusief vuilniszakken' is. Met andere woorden: vuilniszakken werden eerst gezien als verpakkingsmateriaal. Bij het in werking treden van Convenant Verpakkingen II was de monitoringssystematiek aangepast. Wie het jaarverslag van 1998 vervolgens leest, ziet dat de systematiek zo is aanpast dat vuilniszakken niet meer meetellen als verpakkingsafval. Met andere woorden: de vuilniszakken verdwenen uit de cijfers, maar niet uit het afval.
Plastic Pact
Intussen groeit de afvalberg door. En plastic blijft een van de grotere problemen. Vanaf 2011 nam de hoeveelheid plastic afvalverpakkingen toe met 68 miljoen kilo. Omdat onze afvalberg voor een groot deel uit plastic bestaat, zijn er recent weer nieuwe afspraken gemaakt onder staatssecretaris Stientje van Veldhoven (D66): het Plastic Pact. In 2025 moeten er 20 procent minder plastic verpakkingen zijn. Maar ook dit zijn geen bindende afspraken.
Cees van Otterloo is directeur bij Afvalfonds Verpakkingen, een collectief van bedrijven die verpakkingen op de markt brengen. Het fonds heeft het Plastic Pact niet ondertekend, maar een aantal bedrijven dat hieronder valt wel. "Het is een hele ambitie van de bedrijven die getekend hebben", aldus Van Otterloo, "'Ze hebben tot 2025 dus ze hebben nog wel even de tijd. Maar het is lastig om te realiseren."
Van Otterloo stelt dat dat de consument mede veroorzaakt dat er tegenwoordig zoveel in plastic wordt verpakt: "Met name in 'voedsel' zie je dat de consument met name hier voor kiest, niet de fabrikant. In de supermarkten liggen de druifjes en tomaatjes in plastic verpakkingen. Misschien vijf jaar geleden nog niet. Dat is ook omdat de consument erom vraagt. Die vindt het belangrijk om die druifjes over vijf dagen nog te kunnen eten."
Ook oud-ambtenaar Clement is somber over de nieuwe afspraken die Van Veldhoven heeft gemaakt met het bedrijfsleven. Hij vindt dat de afspraken juridisch afdwingbaar zouden moeten zijn, anders gebruiken bedrijven het Plastic Pact enkel als 'reclame': "Het bedrijfsleven wil zo aan de consument laten zien 'moet je kijken wat we allemaal doen'. Maar uiteindelijk is dit voor bedrijven enkel een marketingstunt."