De wetenschappelijke wereld werd in 2018 flink opgeschud: de Chinese wetenschapper He Jiankui liet twee baby's ter wereld komen, van wie hij het dna heeft aangepast. Een gebeurtenis die laat zien dat de ontwikkelingen op het gebied van de voortplantingsgeneeskunde razendsnel gaan.
Hoogleraar voortplantingsbiologie en hoofd van het centrum voor voorplantingsgeneeskunde van het Amsterdam UMC Sjoerd Repping is nauw betrokken geweest bij baanbrekende onderzoeken. Na twintig jaar neemt hij afscheid van het "dynamische" vakgebied. "We ontdekken nieuwe dingen en ook de maatschappelijke aspecten van nieuwe ontwikkelingen maakt het interessant."
Kinderwens
Repping vertelt: "Biologisch gezien bestaan we omdat onze ouders en voorouders in staat waren te overleven en zich voort te planten. De wens om voort te planten zit zo diep in ons dat het niet gek is dat dit de belangrijkste motivatie van mensen is." Als vrouwen niet zwanger kunnen worden, blijkt dat vaak ingrijpend, zegt Repping. "De wens is heel groot en dat betekent dat mensen bereid zijn heel ver te gaan in het vervullen van de kinderwens. Soms te ver."
Daarom was hij ook niet verrast dat de Chinees He Jiankui met behulp van de technologie CRISPR-cas een gen uit het dna van de twee baby's 'knipte' waardoor ze immuun zouden zijn voor het hiv-virus. Wereldwijd vinden wetenschappers het nog te vroeg om deze techniek toe te passen. Wel verraste het Repping dat het nu gebeurde. "Omdat de wetenschappelijke consensus nog niet zo ver is om het toe te passen."
Er zijn in de begintijd van ivf ook doden gevallen.
Opschudding in de wereld van de voortplantingsgeneeskunde is niet nieuw. Toen Louise Brown - de eerste ivf-baby waarbij de bevruchting in het lab plaatsvond - in Engeland ter wereld kwam, stuitte dit op enorm veel verzet. Wat betreft de discussie zijn de overeenkomsten tussen de gen-baby's uit 2018 en de eerste reageerbuisbaby in 1978 opvallend.
Het gebruik van de ivf-techniek om een baby geboren te laten worden, was in die tijd uiterst controversieel. Het was wereldnieuws, vooral ook omdat er veel onrust over ontstond. Tot dan toe was de heersende opvatting dat een bioloog of gynaecoloog niet bezig zou moeten zijn met het maken van een leven.
"Er was geen consensus of dat wel zou moeten kunnen", zegt Repping. "Er zijn in de begintijd van ivf ook doden gevallen. Sommige vrouwen bleken heftig te reageren op de hoeveelheid hormonen die ze toegediend kregen."
Grote behoefte
De consensus of het veilig was, was er ook helemaal niet volgens de hoogleraar. "We hadden geen idee. Er is toen bijvoorbeeld ook niet gekeken naar hoe muizen zich generatie op generatie ontwikkelden als ze via ivf waren ontstaan. Als je het zo zegt, was wat wetenschapper Robert Edwards gedaan heeft met ivf helemaal niet zo anders als He's experiment dit jaar."
Ivf werd een succes en voorzag in een grote behoefte. Op deze manier lukte het veel stellen toch kinderen te krijgen. Inmiddels wordt in Nederland één op de 35 baby's verwekt via ivf. Het maatschappelijk debat over de maximale leeftijd voor vrouwen om kinderen te kunnen krijgen, is er voortdurend.
De leeftijdsgrens voor ivf is in Nederland nu 43 jaar. Als er gebruik wordt gemaakt van ingevroren eicellen of embryo's is dat 50 jaar.
Voortplanting blijft een gevoelig onderwerp. Doordat er steeds nieuwe technieken beschikbaar komen, ontstaat telkens weer maatschappelijke en politieke onrust. Repping maakte dit van dichtbij mee, toen hij in Japan ontdekte dat er na vele jaren eindelijk een goedwerkende techniek bleek te zijn om eicellen in te vriezen.
"Ik heb in Japan in twee weken de techniek geleerd. Toen ik terugkwam in Nederland hadden we een patiënt die geen sperma kon leveren. We besloten toen de eicellen in te vriezen omdat we de techniek uit Japan veilig vonden. Die vrouw werd ook meteen zwanger, toen we de eicellen later ontdooiden, bevruchtten en terugplaatsten. Dat was een groot succesverhaal en betekende een kentering. Eerst kon het niet en nu wel."
Er ontstond discussie voor wie deze techniek beschikbaar moest worden gesteld: alleen voor vrouwen die door een kankerbehandeling hun vruchtbaarheid verliezen, of ook voor andere vrouwen? Uiteindelijk kunnen nu alle vrouwen hun eicellen laten invriezen, zodat ze ook op latere leeftijd kinderen kunnen krijgen.
Remmend
Repping waarschuwt dat door het politieke klimaat onderzoek naar nieuwe technieken in Nederland stil kan komen te staan. "Partijen met een christelijke achtergrond vinden veel nieuwe ontwikkelingen ingewikkeld. Ze vinden dat het maken van leven voorbehouden is aan God."
Er komen dan aanpassingen op medisch-ethisch gebied die voor dat vakgebied remmend zijn, vreest hij. "Ik vind het niet goed dat we beperkt worden vanwege een politiek bestel." Patiënten besluiten dan bijvoorbeeld om naar het buitenland te gaan en zich daar te laten behandelen. "Zij komen terug naar Nederland, bevallen hier en wij weten helemaal niet hoe het gaat. Dat is niet goed." Repping vindt het vooral belangrijk dat het debat gaande blijft.
Het utopische beeld bestaat dat je straks van een willekeurige cel een embryo kan maken.
Naast religieuze gronden, spelen ook andere morele aspecten een rol in de discussie. Zoals de rol van geld. Er valt veel geld te verdienen aan een sterke kinderwens. Kritisch onderzoek naar experimentele technieken wordt niet door iedereen gewaardeerd, zegt Repping.
Hij ondervindt dit in 2007 als hij onderzoek doet naar een techniek die de slagingskans van ivf bij oudere vrouwen moet verhogen. Het pakt anders uit. Vrouwen hebben met deze techniek juist minder kans op een zwangerschap, blijkt uit het onderzoek. Maar in het buitenland worden deze onderzoeksresultaten van tafel geveegd door commerciële klinieken.
"Er was inmiddels een hele industrie ontstaan rondom de nieuwe techniek. Wij waren opeens met ons onderzoek een enorme bedreiging. In het begin waren het enkele kleine bedrijfjes waar we het tegen opnamen. Dat was nog wel prima te doen. Maar tegenwoordig sta je tegenover een beursgenoteerd bedrijf van enkele miljarden. Die hebben een marketingteam van tweehonderd personen waar je lastig tegenop kunt."
Repping vindt de marktwerking in de zorg iets om bij stil te staan. Ook al legt hij aan patiënten altijd goed uit wat kan en niet kan, als er allerlei andere voortplantingstechnieken beschikbaar zijn in het buitenland dan is dat aantrekkelijk. "Als je op internet een mooie site ziet met als eerste plaatje dat kind dat je zo graag wilt, dan gaan mensen vrij snel overstag."
Science fiction
De ontwikkelingen in de voortplantingsgeneeskunde gaan razendsnel. Over twintig jaar staat deze wereld volledig op zijn kop, verwacht de hoogleraar. Dan kunnen uit huidcellen, stamcellen gemaakt worden en die kunnen dan weer tot eicellen worden getransformeerd. Of misschien is tegen die tijd een zwangerschap in het lichaam van de vrouw wel overbodig geworden.
"Het utopische beeld bestaat dat je straks van een willekeurige cel een embryo kan maken en dat je die genetisch kan manipuleren zoals je wilt. Maar dat zijn nu nog science fiction-verhalen."
De belangrijkste vragen zijn of alles moet kunnen en of het ook veilig kan, vindt Repping. "De biologie is niet ongrijpbaar en het is juist ontzettend logisch. Hoe meer inzicht we hebben in hoe het werkt, hoe beter we het ook technisch kunnen doen en kunnen controleren. Dus het is een kwestie van tijd dat dat mogelijk zal zijn."
Deze ontwikkelingen zal Repping voortaan meer op afstand gaan volgen omdat hij aan de slag gaat voor Zorginstituut Nederland. Daar gaat hij een project leiden om de kosten van de zorg naar beneden te krijgen.