Is het wenselijk dat Turkse politici in Europa op campagne gaan? Die vraagt dringt zich opnieuw op, in de aanloop naar de Turkse verkiezingen op 24 juni. Duitsland, Oostenrijk en ook Nederland hebben al laten weten dat Turkse politici niet welkom zijn om campagne te komen voeren.
In Duitsland is het politici uit landen buiten de EU verboden om minder dan drie maanden voor verkiezingen campagne te voeren. De VVD wil dat het kabinet zo'n wettelijk verbod voor Nederland onderzoekt. Volgens de partij komt een Turkse campagne de integratie van Turkse Nederlanders niet ten goede.
President Recep Tayyip Erdogan richt ondertussen zijn pijlen op andere landen. Hij reist volgende week naar de Bosnische hoofdstad Sarajevo om daar 10.000 Turken toe te spreken. De verwachting is dat veel aanhangers van de president uit West-Europa naar die bijeenkomst zullen afreizen.
De buitenlandse strategie bepalen
Ondertussen vraagt de Turkse oppositie zich af of het ook niet over de grens campagne moet gaan voeren. Zo ook de grootste partij, de seculiere CHP. Vandaag waren CHP-vertegenwoordigers uit 25 landen voor overleg bijeen in Istanbul, om de buitenlandse strategie te bepalen.
Muharrem Ince, die het namens CHP opneemt tegen de AK-partij van Erdogan, zou best in Nederland campagne willen komen voeren. "Als het mag van de Nederlandse autoriteiten, dan doe ik het. Maar als ze zeggen dat het niet mag, dan niet. Al adviseer ik ze wel om ons toe te laten."
Als ik campagne mag komen voeren van de Nederlandse autoriteiten, dan doe ik het.
Zijn partij zal volgens hem niks ondernemen wat in Nederland problemen kan veroorzaken. "Wij willen alleen ons verhaal vertellen aan de Turkse Nederlanders. Ik wil dat ze integreren in het land waar ze wonen, maar ze moeten natuurlijk niet vergeten dat ze Turks zijn", aldus Ince.
Volgens Arzu Özalp, voorzitter van CHP-Nederland, zal er ook zonder Turkse politici campagne worden gevoerd in Nederland. "We willen de stemmers, onze achterban, van de juiste informatie voorzien. En ze ook motiveren om naar de stembus te gaan, zodat ze hun stemrecht gebruiken."
President Erdogan besloot vorige maand om de verkiezingen, voor een nieuw parlement en een nieuwe president, bijna anderhalf jaar naar voren te halen. Hij wil sneller kunnen overschakelen naar een nieuw politiek systeem, waarbij de president meer macht krijgt.
Volgens premier Mark Rutte maakt Nederland zich zorgen over de richting waarin Turkije zich ontwikkelt. "Turkije bevindt zich op de verkeerde weg waar het gaat om de ontwikkeling van de democratie", zei Rutte een paar weken geleden.
Hij denkt dat Turkse campagnes kunnen leiden tot verstoring van de openbare orde in Nederland, net als vorig jaar maart. Toen verbood Nederland Turkse ministers om campagne te voeren voor een referendum. Sindsdien staat de relatie tussen de twee landen onder druk.
