Een jongetje staat in de slaapzaal in het detentiecentrum
Aangepast

'Sluiten Libische detentiecentra vraagt om complexe diplomatie'

In tientallen detentiecentra in Libië zitten zo'n twintigduizend migranten gevangen. Ze worden er mishandeld, tot slaaf gemaakt, misbruikt, verkracht en vermoord. Reden voor minister Sigrid Kaag voor Ontwikkelingssamenwerking om de autoriteiten in Libië te vragen de detentiecentra te sluiten. Ze pleit voor shelters waar mensen niet gevangen zitten.

Annemarie Loof is voor Artsen zonder Grenzen verantwoordelijk voor hulpprojecten en verschillende landen. Ze kent de centra in Libië. "Mensen zitten daar in heel kleine ruimten, hutjemutje op elkaar. Ze weten niet wat er gaat gebeuren, ze krijgen niet genoeg te eten. Mensen krijgen geen informatie en kunnen familie niet bereiken", zegt ze. "Het is een zeer stressvolle situatie waarover ze zelf geen enkele controle hebben."

Loof is blij met de oproep van Kaag, maar denkt dat het niet zo eenvoudig is. "Het is echt inhumaan, maar de realiteit is dat de EU aan de centra meebetaalt. Een groot deel van het EU-beleid is erop gericht om mensen tegen te houden in Libië, of ze terug te sturen als ze toch met bootjes De Middellandse Zee op gaan. Ook de Libische kustwacht wordt gesponsord, krijgt boten, training en pikt veel vluchtelingen op. Dat zijn mensen die in die inhumane kampen eindigen."

Voor Elizabeth Collett, van het in Brussel gevestigde onderzoeksbureau Migration Policy Institute, is het niet helemaal duidelijk of de oproep van Kaag een beleidsverklaring is of slechts een wens. "Het lijkt me niet dat een minister uit de EU zeggenschap heeft over het sluiten van detentiecentra in Libië", zegt Collett. "Dit is een complexe realiteit waarvoor complexe diplomatie nodig is."

Kaag wil bijvoorbeeld dat de migranten terugkeren naar hun land van herkomst en dat hiermee ook haast wordt gemaakt. "Alleen al het feit dat verschillende delen van Libië worden bestuurd door verschillende milities en sommige delen van van het land geheel buiten de controle van de overheid vallen, is een groot probleem. Dus met wie onderhandel je?", vraagt Collett zich af.

"Ten tweede tonen rapporten aan dat er achter de door smokkelaars gecontroleerde detentiecentra een hele economie zit. Het is niet in hun belang om de detentiecentra te sluiten. En Europa financiert inderdaad de Libische kustwacht en zou dan tegelijkertijd moeten vragen om detentiecentra te sluiten? Waar moeten die vluchtelingen dan heen?"

Er zou inmiddels wel gesproken worden over het opzetten van registratiecentra in Libië. Via deze centra kunnen migranten worden geëvacueerd naar een plaats als Niger, waar de EU goede ervaringen heeft als het gaat om migratiedeals. Vanuit Niger kunnen migranten die recht op asiel hebben, dan worden gehuisvest in een Europees land. "Nu gaat het huisvesten van migranten in de EU inderdaad veel te langzaam", vindt Collett.

Artsen zonder Grenzen werkt alleen in de officiële detentiecentra die worden gerund door de overheid en gesteund door de VN. Door een tekort aan voedsel lijden zelfs de volwassenen aan ondervoeding. "Dat zien we niet vaak", zegt Loof. Ze noemt de wanhoop in de centra overweldigend. "Mensen kijken je aan met een blik van haal me hier weg, ik hoor hier niet. Maar wij kunnen gewoon weinig voor ze doen, dat maakt het heel moeilijk."

"De omstandigheden in niet-officiële centra zijn nog veel erger", zegt Loof. "Daar is sprake van massaal geweld, verkrachtingen, uitbuiting, slavernij. Je kunt het zo gek niet bedenken of het gebeurt er."

Maar ook Loof denkt dat het sluiten van de officiële detentiecentra het grotere probleem niet oplost. "Je hebt maar een klein deel van het probleem te pakken. Uiteindelijk wordt het onderliggende probleem niet opgelost. Ik vraag mensen altijd was dit het waard, nu je weet wat je tegenkomt en waar je terecht bent gekomen? Ze zeggen dan: ja, en ik zou het weer proberen. Je kunt me naar huis te sturen, maar als ik genoeg geld heb, probeer ik het weer."

Deel artikel:

Advertentie via Ster.nl