Hongarije wordt al weken overspoeld door migranten die het land willen gebruiken als doorgang naar het westen. De Hongaarse premier Viktor Orbán kondigde vandaag aan dat zijn regering snel met een nieuw pakket maatregelen zal komen om de stroom asielzoekers in te dammen. Hij wil onder meer het leger gaan inzetten bij de grens.
Orbán had vandaag in Brussel overleg over de vluchtelingenkwestie met de voorzitters Martin Schulz en Donald Tusk van het Europees Parlement en de Europese Raad. De Hongaarse premier zei na het overleg dat de Duitse regering een oplossing moet zoeken voor het vluchtelingenprobleem in zijn land. "Niemand wil in Hongarije blijven. Ze willen allemaal naar Duitsland."
Nieuwsuur spreekt over de opstelling van Hongarije in de vluchtelingencrisis met Dzsingisz Gabor, voormalig staatssecretaris voor het CDA en nu voorzitter van Vluchtelingen Organisaties Nederland (VON).
Grote angst
Premier Orbán voert een hard anti-immigratiebeleid. Hij vindt dat migratie samenhangt met terrorisme, toenemende criminaliteit en toenemende werkloosheid, daarom is volgens hem een hard optreden gerechtvaardigd.
Hongarije is onder meer bezig met de bouw van een 175 kilometer lang hek van vier meter hoog langs de Servische grens. De premier overweegt ook een hek te bouwen aan de Kroatische grens als er vluchtelingen via die route het land proberen binnen te komen.
"Wij Hongaren lopen rond met grote angst, alle Europeanen doen dat, omdat iedereen kan zien dat de Europese leiders niet bij machte zijn om de crisis onder controle te krijgen", sprak Orbán vandaag in Brussel.
Hongaarse opstand
Hongarije kent ook een eigen vluchtelingengeschiedenis. Na de onderdrukking van de Hongaarse Opstand tegen het communistische bewind in 1956 vluchtten bijna 200.000 Hongaren de grens over naar West-Europa. Ze werden onder meer in Oostenrijk en Joegoslavië opgevangen in vluchtelingenkampen, waarna ze in andere landen asiel kregen.
Bijna 3000 Hongaren kregen toestemming om zich in Nederland te vestigen. Ook werden 1500 vluchtelingen die naar Canada wilden doorreizen tijdelijk opgevangen in Nederland. De vluchtelingen die permanent mochten blijven in Nederland kwamen aan via vijf treintransporten.
Dzsingisz Gabor was een van de vele vluchtelingen uit Hongarije die in Nederland terechtkwam. Op 16-jarige leeftijd vluchtte hij samen weg met zijn moeder uit Hongarije. Zijn vader bleef achter in het land. In Nieuwsuur pleit Gabor voor een goede uitvoering van het vluchtelingenverdrag.