Huistelefoon sterft uit: ruim helft Nederlanders heeft geen vaste telefoon meer

De teruggang van de vaste telefoon zet stevig door. Minder dan de helft van de Nederlandse huishoudens heeft nog een vast telefonieabonnement, concludeert de Autoriteit Consument & Markt.

In 2012 waren er nog meer dan 7,5 miljoen aansluitingen, nu zijn dat er 4.150.000. Dat wil niet zeggen dat bij die huishouders daadwerkelijk een telefoon is aangesloten.

"Veel mensen hebben het wel in hun internetpakket zitten en betalen er een euro per maand voor, maar gebruiken het niet", zegt telecomanalist Ed Achterberg van Telecompaper. "Ze hebben het simpelweg nog niet opgezegd."

Familie bellen

Uit cijfers van Telecompaper blijkt dat nog maar 20 procent van de huishoudens vaste telefonie neemt bij het afsluiten van een nieuw telecom-abonnement. Vooral ouderen zijn gehecht aan hun eigen vaste telefoonnummer. "Ze willen op die manier bereikbaar blijven voor familieleden die kunnen bellen. Ze denken: die hebben nou eenmaal ons vaste nummer, en willen dat ook niet meer kwijt."

Telefoneren met de huistelefoon loopt al jaren terug. In het tweede kwartaal van dit jaar werd er 1 miljard minuten gebeld met de vaste lijn. Dat klinkt nog altijd als veel gebel, maar dat is een daling van 80 procent ten opzichte van 12 jaar geleden.

"Het is een uitstervend ding", zegt Achterberg. "Mensen communiceren inmiddels het liefst door te appen, te mailen, mobiel te bellen of te bellen via apps. Helemaal achteraan staat bellen met een vaste lijn."

Telecombedrijven hebben hun verdienmodel lang geleden al aangepast. Van geld verdienen met telefoontikken en mobiele telefonie werd het verkopen van mobiele data en vast internet het belangrijkst.

"Maar de vaste lijn zal altijd wel op een of andere manier blijven", zegt Achterberg. "Sommige alarmsystemen vereisen bijvoorbeeld nog een vaste lijn en sommige mensen willen altijd bereikbaar blijven met hun vaste telefoon."