Titelhouder Van der Poel als kopman naar WK, krijgt vooral steun van klimmers
Titelverdediger en kopman Mathieu van der Poel krijgt bij de WK wielrennen, eind deze maand in Zwitserland, vooral steun van veel klimmers. Dat blijkt uit de WK-selectie van de Nederlandse bondscoach Koos Moerenhout.
De renner van Alpecin-Deceuninck kan in de wegwedstrijd op de slotdag van de WK, op 29 september, rekenen op Wilco Kelderman, Bart Lemmen, Frank van den Broek, Bauke Mollema en Sam Oomen.
Ook hardrijders Sjoerd Bax, Oscar Riesebeek en Daan Hoole zijn door bondscoach Moerenhout opgenomen in de negenkoppige selectie. "Er zijn veel landen die in aanmerking komen voor eremetaal, dus ik kijk uit naar een aanvallende koers", aldus Moerenhout.
"Ik heb veel vertrouwen in deze ploeg, een mix van ervaren en jongere renners, afgestemd op de zwaarte van het parcours. Ik verwacht een mooie strijd, waarbij er van alles kan gebeuren."
Regerend wereldkampioen
Vorig jaar maakte Van der Poel een einde aan een WK-droogte van bijna veertig jaar. In het regenachtige Glasgow soleerde hij ondanks een val naar de wereldtitel op de weg, waarmee Nederland voor het eerst sinds Joop Zoetemelk in 1985 weer een wereldkampioen afleverde.
Hoole is de enige Nederlander die ook in actie komt op de tijdrit, die op 22 september wordt verreden. Ook de tijdrit voor vrouwen staat die dag op het programma. Op 28 september (vrouwen) en 29 september (mannen) zijn de wegraces.
Vrouwenploeg
De vrouwenploeg werd vorige week al bekendgemaakt. Bondscoach Loes Gunnewijk koos voor Demi Vollering als kopvrouw. De zevenkoppige selectie bestaat verder uit Puck Pieterse, Shirin van Anrooij, Pauliena Rooijakkers, Marianne Vos, Mischa Bredewold en Riejanne Markus.
Op de gemengde tijdrit, die op 25 september wordt verreden, komt Nederland niet in actie. Bondscoach Moerenhout ziet geen mogelijkheden om goed met elkaar te kunnen trainen.
De wegrace voor mannen is 274 kilometer lang en brengt de renners van Winterthur naar Zürich, een rit in het noorden van Zwitserland. De deelnemers hoeven geen zware bergen te trotseren, maar maken wel bijna 4.500 hoogtemeters.
