Tweede Kamer 'betreurt' afwezigheid Bosma bij slavernijherdenking
Een meerderheid van de Tweede Kamer legt zich neer bij de afwezigheid van Kamervoorzitter Martin Bosma bij de Nationale Herdenking Slavernijverleden aanstaande maandag. Wel spreekt een meerderheid uit dit te betreuren. Er is ook niet besloten een vervanger te sturen.
Voorzitter Linda Nooitmeer van het Nationaal instituut Nederlands slavernijverleden en erfenis (NiNsee) trok deze week na een gesprek met Bosma de uitnodiging aan hem in. Bosma sprak eerder van "slavernijgedram", "anti-blank racisme", en "propaganda en indoctrinatie" ten aanzien van het slavernijverleden. Zij wilde dat Bosma reflectie zou tonen over zijn uitspraken en excuses zou maken, alvorens bij de herdenking aanwezig te zijn.
Bosma is dat niet van plan. Hij deed deze uitspraken als PVV-Kamerlid en niet als Kamervoorzitter, zegt hij. Een vervanger heeft hij ook niet aangewezen, zodat er nu niemand namens de Tweede Kamer een krans zal leggen. Individuele Kamerleden zullen wel aanwezig zijn.
Op de valreep
De Tweede Kamer had zich nog niet over deze hele gang van zaken uitgesproken. Op de valreep diende JA21-leider Eerdmans vanmiddag verschillende moties in. De motie waarin hij het kabinet oproept "af te zien van aanwezigheid bij de herdenking zolang de Kamervoorzitter niet welkom is" kreeg geen steun van een Kamermeerderheid.
Ook de motie waarin NiNsee wordt opgeroepen "te reflecteren op het intrekken van de uitnodiging aan onze Voorzitter" kreeg alleen steun van PVV, BBB, SGP en dus JA21. In de motie stond dat het intrekken van de uitnodiging "niet correspondeert" met het voornemen van NiNsee om "een solide en tegelijkertijd aanspreekbare en wendbare organisatie te zijn die midden in de samenleving de dialoog over het slavernijverleden en de doorwerking daarvan bevordert".
Vertegenwoordigt het instituut
Uiteindelijk was er alleen een Kamermeerderheid voor de motie waarin staat dat de Kamer het betreurt dat Bosma niet gaat. Naast JA21 stemden PVV, VVD, NSC, BBB, ChristenUnie en SGP voor. In de tekst staat dat de voorzitter van de Tweede Kamer "altijd present is op 1 juli" om daar samen met de voorzitter van de Eerste Kamer een krans te leggen en dat "de Kamervoorzitter het instituut Tweede Kamer vertegenwoordigt".
Het huidige kabinet gaat met een delegatie van tien bewindspersonen naar de herdenking. Naast premier Rutte zijn dat de drie vicepremiers Jetten, Van Gennip en Schouten en de ministers van Buitenlandse Zaken, Justitie, Onderwijs, Defensie, Rechtsbescherming, en de staatssecretaris van Koninkrijksrelaties.