Alonso laat champagne weer vloeien bij Aston Martin: 'Fenomenaal voor het team'
De ene podiumplaats is de andere niet. Teambaas Christian Horner noemt de zege van Max Verstappen in Brazilië een "klinische". Hij bedoelt het niet eens negatief, er is gewoon geen kruid tegen hem in de Red Bull gewassen.
Fernando Alonso staat met een totaal ander gevoel op het podium in São Paulo. Na sensationele slotronden wist hij Verstappens teamgenoot Sergio Pérez te verschalken in een auto die hem de laatste weken meer hoofdpijn dan plezier bezorgde.
Champagne en sigaren
Voor de zomerstop vond Alonso in zijn Aston Martin vaak de weg naar het podium, maar sinds de GP op Zandvoort loopt het niet meer. Het team focust zich bovendien ook meer en meer op de auto van 2024, wat de prestaties van dit jaar er niet beter op maakt.
De afgelopen twee races, in de Verenigde Staten en Mexico, verliepen vrij dramatisch. In Austin moesten Alonso en Lance Stroll uit de pitstraat starten, in Mexico-Stad vielen beide coureurs uit.
"Een week geleden stonden we nog onderaan de grid en kijk wat we nu voor elkaar krijgen", zegt teambaas Mike Krack opgewekt. Achter hem, in de paddock vlak buiten de hospitality, vragen de gasten van Aston Martin om extra champagne en worden sigaren opgestoken. De stemming is uitgelaten.
"Dit laat zien hoe hecht we zijn, in moeilijke tijden zijn we bij elkaar gebleven. Het is een pluim voor iedereen. Geloof me, het licht is niet uitgegaan in de fabriek."
Alonso verdedigde zijn derde plek achter Verstappen en Lando Norris met hand en tand ten opzichte van Pérez. "Ik heb niet kunnen relaxen. Vier ronden voor het einde werd ik ingehaald en dacht: nu is het gebeurd, het podium zit er niet meer in."
Krack had de moed nog niet opgegeven, want: "je weet nooit hoeveel leven er nog in de banden van een ander zit."
Ik had één kans om terug te slaan en dat lukte. Net.
In de allerlaatste ronde knokte Alonso zich terug. "Checo (Pérez) remde laat in de eerste bocht en ik kon er even later voorbij. Ik had één kans om terug te slaan en dat lukte. Net."
Het duel was zo spannend dat Verstappen, soeverein op weg naar de zege, er op de grote schermen door werd afgeleid en bijna een bocht miste, gaf hij toe.
Bij het vallen van de vlag was het verschil tussen Pérez en Alonso slechts 53 duizendste van een seconde. "Het was wel nipt, ja", zegt Alonso. "Maar ik heb me vermaakt. Het is een fenomenaal resultaat voor het team, dit is voor iedereen in de fabriek."
Dat Verstappen een minder enerverende middag beleefde dan Alonso, deert hem niet. "Ik geniet ook echt van solo vooraan rijden. Ik heb jarenlang moeten strijden voor podiumplaatsen en overwinningen. Dit bevalt ook."
Nog maar eens een record
Verstappen verbetert met zijn zeventiende zege van het seizoen een stokoud Formule 1-record. In 1952 won de Italiaan Alberto Ascari 75 procent van alle races (zes van de acht), dat percentage zal door Verstappen verbroken worden.
"Ik rijd niet in de Formule 1 om die 75 procent te overtreffen", zegt Verstappen, die zoals gewoonlijk niet warm of koud wordt van een statistiek waar hij op moet reageren.
"We presteren op hoog niveau en maken weinig fouten. Het zijn dingen die gebeuren en waar je van mag en moet genieten."