Korfballers passeren 'magische veertig' en staan in WK-finale tegen Taiwan

Nederland is ook op het twaalfde WK korfbal doorgedrongen tot de finale. De titelverdediger, die sinds het eerste mondiale titeltoernooi in 1978 alleen in 1991 het goud aan België moest laten, was in Taipei City (Taiwan) in de halve finales een ruime maat te groot voor Tsjechië: 41-13.

Erg verrassend was dat niet. Nederland maakte tot dusver zijn faam als korfballand volledig waar door elke tegenstander weg te vagen. Dat was Tsjechië, in 2003 en 2007 goed voor brons, ook al een keer overkomen in de tweede groepsfase, toen de nummer zeven van de wereld met 37-9 onder de voet gelopen werd.

In de finale van zondag is niet, zoals bij de elf voorgaande WK's, België de tegenstander, maar Taiwan. Het gastland sloeg met nog vier minuten op de klok een gaatje van drie treffers, dat de Belgen niet meer wisten te dichten: 21-19.

Nederland, zonder de in de kwartfinale tegen Groot-Brittannië (36-2) geblesseerde geraakte Femke Faber, schoot tegen Tsjechië uit de startblokken en al binnen een minuut had Jessica Lokhorst de score geopend.

Het bleek de voorbode van een tien minuten durende masterclass, waarin het in een hoog tempo spelend Oranje zowel in aanvallend als verdedigend opzicht onder de korf domineerde met rebounds. Ondertussen resulteerde de ene na de andere aanval in een treffer.

Tandje erbij

De stand was al opgelopen tot 14-0 toen Petr Pesak in de laatste seconde van het eerste kwart Tsjechië van de nul op het scorebord af hielp. In de volgende tien minuten kwam de underdog wat meer in het stuk voor en wist het zelfs twee keer op rij de korf te vinden: 15-3. Maar daarna schakelde Nederland weer een tandje bij om met een 25-6 voorsprong de rust in te gaan.

De 'magische veertig' (veertig doelpunten in veertig minuten speeltijd) lonkte nadrukkelijk. Eerder in het toernooi lukte dat tegen Brazilië (40-7) en Catalonië (40-14) al. Maar eerst maakten de Tsjechen met succes jacht op de dubbele cijfers. Vervolgens ging Nederland dankzij het zevende punt van Fleur Hoek het laatste kwart in met een 36-10 voorsprong.

Aanvoerder Daan Preuninger zette de ploeg van de na het WK afzwaaiende bondscoach Jan Niebeek al snel op het spoor naar de veertig, maar daarna stokte de productie. Pas in de laatste vijf minuten kwamen de aanvallers weer op toeren, net op tijd om de veertigste (Harjan Visscher) en zelfs 41ste treffer (Terrenc Griemink) op het bord te krijgen.

Hoek en Preuninger waren met ieder zeven doelpunten topscorer voor Nederland.