Reddingswerkers nog altijd op zoek naar overlevenden aardbeving Afghanistan
In Afghanistan zoeken reddingswerkers nog altijd naar overlevenden in het puin na de aardbeving die afgelopen zaterdag plaatsvond in het westen van het land. Bij de aardbeving kwamen meer dan 2000 mensen om het leven.
Het gaat om een van de dodelijkste aardbevingen in Afghanistan in de afgelopen twee decennia. De Taliban, die aan de macht zijn in het land, schatten dat er zo'n 2000 gewonden vielen. Zondagochtend meldden de Taliban nog meer dan 9000 gewonden, maar dat aantal werd later bijgesteld.
In twintig verschillende dorpen en steden zouden zo'n 2000 huizen zijn verwoest. Sommige dorpen gingen volledig te gronde.
Het epicentrum lag zo'n 40 kilometer ten noordwesten van de stad Herat, de op een na grootste stad van Afghanistan. Uit angst voor naschokken sliepen veel inwoners van de stad vannacht in parken en op straat.
De aardbeving had een kracht van 6,3 en werd gevolgd door zware naschokken. Ook vandaag werd de regio getroffen door drie naschokken, waarvan de zwaarste een kracht had van 5,9. Een delegatie van de Taliban bracht vandaag een bezoek aan de regio om noodhulp te bieden en hulp te verdelen.
Afgelegen gebied
Doordat de aardbeving plaatsvond in afgelegen gebied was het lastig voor reddingswerkers om het rampgebied te bereiken. Volgens een hooggeplaatste Taliban-functionaris zijn er gebieden die vandaag pas voor het eerst bereikt konden worden.
Ook het gebrek aan gereedschap bemoeilijkt de reddingsoperatie. Het International Rescue Committee (IRC), een ngo die humanitaire hulp biedt in rampgebieden, waarschuwde dat het gebrek aan dergelijk materieel het dodental zou kunnen doen oplopen, omdat overlevenden die onder het puin vastzitten mogelijk niet bevrijd kunnen worden.
Op sociale media gaan beelden rond waarop reddingsteams van de Taliban met wapens om hun schouders stukken steen verplaatsen en bulldozers gebruiken tijdens de zoektocht naar overlevenden.
Buurlanden Pakistan en Iran hebben humanitaire hulp toegezegd en zullen reddingswerkers naar de regio sturen. Het Chinese Rode Kruis heeft financiële hulp aangeboden. In eerste instantie zou het gaan om omgerekend bijna 190.000 euro.
Door het Taliban-bewind hebben veel westerse hulporganisaties geen toegang tot het land. Ook journalisten kunnen het gebied moeilijk bereiken, waardoor er nauwelijks zicht is op de gevolgen van de aardbeving
Vooral vrouwen en kinderen
Zo'n tweederde van de zwaargewonde slachtoffers is vrouw of kind, meldt een medewerker van de Wereldgezondheidsorganisatie WHO aan persbureau Reuters na een rondgang onder Afghaanse ziekenhuizen. Dit zou te maken hebben met het tijdstip waarop de beving plaatsvond, namelijk om 11.00 uur 's ochtends. Rond deze tijd zijn veel mannen in Afghanistan niet in huis, waardoor zij niet onder het puin terechtkwamen.
Sinds de Taliban in 2021 de macht greep in Afghanistan verkeert het land in een humanitaire crisis en heeft de gezondheidszorg het zwaar te verduren. De zorgsector in het land was grotendeels afhankelijk van donorgeld uit het buitenland, maar na de machtsgreep van de Taliban zetten veel landen hun hulp stop.