Boomlange 'lompe boer met gunfactor' Terpstra jaagt op Glory-top: 'Ze zijn bang voor hem'
"Ik hou eigenlijk helemaal niet van interviews. Die spotlights, dat hoeft van mij niet zo", zegt Martin Terpstra in Kyoku Gym. In die sportschool in Leeuwarden werkte hij ooit zijn eerste kickbokstraining af. Nu, vele sessies later en inmiddels 36 jaar oud, bereidt hij zich voor op zijn eerste grote Glory-evenement in Ahoy.
Trainer Stefan Berkenpas zit er daarom naast, als de Friese reus over zijn lange weg naar de kickbocktop vertelt. "Martin wil liever niet op de poster van een gevecht. Al die aandacht, dat is niks voor hem."
"Daarin verschilt hij van veel andere kickboksers. Dat zijn mooiboys die van de aandacht houden. Vrouwen vinden dat interessant. Maar Martin is daar wars van. Die is heel down to earth."
Ambitieus
Bescheiden, haast verlegen, maar ambitieus. Op 36-jarige leeftijd wil de vader van drie dochters toch eens "kijken hoe ver ik kan komen". En dus nam de 2.07 meter lange Terpstra onbetaald verlof van zijn baan als operator, om zich zo snel mogelijk te meten met toppers als Rico Verhoeven of Badr Hari.
Sinds 2018 is hij ongeslagen en die zegereeks levert de laatbloeier een plaats op in het viermanstoernooi in het zwaargewicht van Glory, vanavond in Ahoy. De winnaar plaatst zich voor het prestigieuze achtmanstoernooi aan het einde van het jaar. De beste kickboksers van de wereld strijden dan om de hoofdprijs van een half miljoen dollar.
Terpstra, opgegroeid in het Friese dorp Hallum (2.600 inwoners) en nu woonachtig in Damwoude (5.000 inwoners), heeft geen sixpack of overdreven spierballen. Zijn lange armen en benen vormen zijn wapens, in combinatie met zijn incasserings- en doorzettingsvermogen.
Gunfactor
"Kijk hem nou", zegt trainer Berkenpas. "Ik heb een beetje een zwak voor hem. Het is een lieve, aardige jongen. En Martin heeft de gunfactor."
Dan komt de trainer met een anekdote die hij vaak over zijn pupil vertelt. Over die keer dat de lange Fries een toernooi in de Bijlmer moest vechten. Het publiek was aanvankelijk lichtelijk vijandelijk. "Maar Martin won de hele zaal voor zich. Op het einde scandeerden ze allemaal zijn naam en wilden ze met hem op de foto."
"Heel veel kickboksers zijn bang voor hem, hoor. Door zijn lengte. Dat is het moeilijkste dat er is om tegen te vechten. Niemand wil graag tegen Martin vechten."
Als jonge twintiger raakte Terpstra enthousiast over kickboksen nadat hij K1-gevechten op tv had gezien. "Sem Schilt, Ernesto Hoost, Peter Aerts en Remy Bonjasky, dat vond ik heel mooi om te zien. Ik ging proberen hen na te doen en ben toen voor het eerst hier in Leeuwarden gaan trainen. Ik had toen nooit gedacht dat ik zo ver zou komen."
Berkenpas zag niet meteen een talent in Terpstra. "In het begin vallen de vechters op die motorisch getalenteerd zijn. Het duurde bij hem even voordat ik zijn doorzettingsvermogen zag."
"Je hebt vechters die qua motoriek duizend keer beter zijn, maar die kunnen de discipline van het altijd maar blijven trainen niet opbrengen. Ze kunnen niet de offers brengen die Martin wel brengt."
Het trainingsbeest ging in die begintijd nog wekelijks op stap. "Dat hoort bij de cultuur hier in de dorpen in Friesland. Voor mijn eerste kickbokswedstrijd ben ik gestopt met roken. Geleidelijk aan ben ik steeds serieuzer gaan sporten en minder gaan drinken. Sinds een jaar drink ik helemaal niet meer."
Die eerste wedstrijd was er nooit gekomen, als het aan zijn inmiddels overleden vader Ruurd had gelegen. "Dat ik kickbokstrainingen deed, vond hij prima. Maar een wedstrijd, dat mocht niet. Toch ging ik. Een dag later heb ik hem de beker gegeven. Maar hij is nooit naar een wedstrijd komen kijken, al heeft hij nog wel filmpjes van mijn gevechten gezien."
'Lompe boer'
Door altijd maar hard te trainen wordt Terpstra langzaamaan beter. Zijn trappen en knietjes waren gevaarlijk, maar in het boksen boekte hij pas de laatste jaren progressie. Met dank aan Willy Kyakonye, de nummer één van de Nederlandse zwaargewichten in het boksen die in Leeuwarden komt trainen. Als sparringpartners stuwen ze elkaar naar een hoog niveau.
"En de laatste jaren doe ik ook mobiliteitstrainingen. Daar heb ik veel baat bij", vertelt Terpstra. "Ik ben van mezelf heel stijf, sommigen zeggen een lompe boer. Maar tegenwoordig beweeg ik veel beter dan tien jaar geleden."
Het brengt Terpstra stapje voor stapje dichter bij de top, ook al is hij niet meer de jongste. "2022 was mijn beste jaar. Ik werd kampioen van de bond Enfusion en heb al mijn partijen op knock-out gewonnen."
Daardoor voelt de Fries zich sterker dan ooit. "Ik wil nu kijken hoe ver ik kan komen bij Glory. Ik heb onbetaald verlof genomen, zodat ik elke dag genoeg kan slapen. Ik merk meteen het verschil op de trainingen. Ik kan veel zwaardere gewichten tillen."
Verafschuwde spotlights
Zijn voortdurende succes heeft ook een keerzijde: de door Terpstra zo verafschuwde spotlights. "Ik word weleens herkend, mensen willen met me op de foto. Als ze daar gelukkig van worden, dan doe ik dat. Maar van mij hoeft het niet zo."
Trainer Berkenpas: "Nu Martin bij Glory mag vechten, komt er veel op hem af en daar worstelt hij wel mee. Iedereen wil wat van hem. Oude kennissen bieden aan om als verzorger mee de hoek in te gaan en zo. Maar dorpelingen als Martin zijn nuchter, die doorzien dat wel."
"Kijk, wat Rico Verhoeven heeft gepresteerd, dat ambieer ik ook", zegt Terpstra. "Maar zijn bekendheid, die niet. Hij heeft twee miljoen volgers op Instagram. Ik ben er nu wel een beetje mee bezig, maar heb pas duizend volgers."
Zijn doelen zijn helder: "Als hij doet wat hij moet doen, dan wint hij vanavond het toernooi", zegt Berkenpas. "En het droomscenario is dat hij daarna ook het achtmanstoernooi in december wint."
Als dat lukt, dan wacht een titelgevecht. De kampioensriem is al bijna tien jaar in het bezit van Verhoeven. "We zouden het liefst volgende week tegen Rico vechten", zegt Berkenpas. "Ik zag hem pas op een Sunseeker, de duurste speedboat die er is. Dan denk ik: Rico is helemaal niet met kickboksen bezig. Martin is niet kansloos tegen hem, echt niet."