Na jaren niet meer te veel edelherten en konikpaarden in Oostvaardersplassen
In de Oostvaardersplassen is het aantal edelherten na jaren op het niveau dat met de provincie Flevoland is afgesproken. Ook zijn er op dit moment niet meer te veel konikpaarden en heckrunderen in het natuurgebied tussen Almere en Lelystad. Er leven nu 1100 grote grazers in het gebied: zo'n 500 edelherten en in totaal ongeveer 600 konikpaarden en heckrunderen.
Volgens Staatsbosbeheer kan er vanaf nu, in tegenstelling tot de afgelopen jaren, ieder jaar regulier beheer uitgevoerd worden op de aantallen grote grazers. Net zoals dat in andere Nederlandse natuurgebieden gebeurt, zonder het afschot op grote schaal van de afgelopen jaren in het gebied.
De afgelopen jaren leidden de leefomstandigheden van grote grazers in de Oostvaardersplassen regelmatig tot ophef. Omdat er te veel dieren in het gebied waren, was er niet genoeg eten en overleefden sommige dieren de winter niet. Een verbod om de dieren bij te voeren leidde tot felle protesten van dierenactivisten.
Dierenleed
Staatsbosbeheer telde in oktober met een helikopter het aantal grote grazers in het gebied. Daaruit bleek dat er toen zo'n 2100 edelherten, 330 konikpaarden en 400 heckrunderen rondliepen. Die aantallen moesten omlaag om 's winters dierenleed te voorkomen bij voedselschaarste.
In november zei Staatsbosbeheer in de winter ruim 1600 edelherten en 100 heckrunderen te willen afschieten in de Oostvaardersplassen, om zo het aantal grote grazers terug te dringen. Aan de populatie konikpaarden hoefde afgelopen winter niks gedaan te worden.
Vanaf vorig zomer tot 1 mei dit jaar zijn er bijna 1800 edelherten afgeschoten bij de Oostvaardersplassen, zegt Staatsbosbeheer. Het edelhertenvlees wordt, net als voorgaande jaren, beschikbaar gesteld voor consumptie. Een deel gaat naar restaurants en poeliers, maar ook particulieren kunnen het hertenvlees kopen. Een klein deel blijft in het gebied achter als voedsel voor andere dieren in het gebied, zoals insecten, vossen en zeearenden.
De afgelopen jaren werd een deel van de heckrunderen ook afgeschoten. Verder werden er konikpaarden de afgelopen jaren gevangen en verhuisd naar andere natuurgebieden in het land of naar de slacht gebracht. Omdat de edelherten zich bijna niet lieten vangen, moest moest Staatsbosbeheer daarvoor eind vorig jaar extra maatregelen nemen.
'Meer ruigte'
Doordat de populaties nu zijn teruggebracht tot de afgesproken aantallen, komt er volgens Staatsbosbeheer "herstel in de variatie in de vegetatie" en komt het de biodiversiteit in het gebied ten goede. Dat ziet ook boswachter Hans-Erik Kuypers.
"We zien de afgelopen jaren dat er al veel meer ruigte ontstaat", zegt Kuypers. "Veel meer struiken die tot ontwikkeling komen en de variatie die zich al hartstikke mooi ontwikkelt." Hij doelt daarmee vooral op de zeventien verschillende plekken, van in totaal 150 hectare, waar Staatsbosbeheer de afgelopen drie jaar struiken en bomen plantte.
Die plekken bieden onder meer beschutting aan de grote grazers bij slecht weer, maar trekken ook vogels, kleine zoogdieren en insecten aan. De boswachter noemt bloeiende meidoorns en sleedoorns als voorbeelden. "Daar komen insecten op af en dat zorgt voor een rijk vogelleven." Zo zegt Kuypers dat velduilen op het gebied afkomen, omdat muizen zich verschuilen in die beschutting.