Evert-Jan Offringa
Evert-Jan Offringa
Het kabinet voert een aangenomen wetswijziging van de Partij voor de Dieren over dierenwelzijn niet uit, omdat deze 'onuitvoerbaar' zou zijn. In plaats daarvan wil het kabinet dat er afspraken komen voor een dierwaardige veehouderij, waarin het welzijn van vleeskuikens, melkkoeien en andere boerderijdieren centraal staat.
Van landbouwminister Piet Adema moeten boerenbelangenbehartigers en de dierenbescherming de afspraken vastleggen in een convenant, hij gaf hen strenge en verregaande uitgangspunten. Dierenorganisaties zijn hier ontevreden over, zij vinden dat er alleen experts aan tafel moeten zitten.
600 miljoen dieren
Boer Ruud Zanders, die over het convenant onderhandelt namens Caring Farmers: "Je moet dit eigenlijk zonder boeren doen. Boeren gaan altijd kijken: kan dit praktisch wel? Kan ik er wel wat aan verdienen?" Volgens hem moet het convenant het dierenwelzijn in de veehouderij radicaal verbeteren. "Het heet het 'convenant dierwaardige veehouderij', dus ik vind dat we ons moeten verplichten om alleen maar naar het dier te kijken."
Ook de Partij voor de Dieren is kritisch. Kamerlid Leonie Vestering, die de wetswijziging indiende, vindt dat haar wet alsnog doorgevoerd moet worden. "Zo zijn we niet met elkaar getrouwd. We hebben met elkaar afspraken en regels. De Tweede Kamer én de Eerste Kamer hebben deze wet gewijzigd en hij zou ingaan op 1 januari 2023. We slachten 600 miljoen dieren per jaar in Nederland en hun leven is vaak verschrikkelijk. En daar moet nu wat aan gebeuren."
Het gesprek over dierenwelzijn is niet nieuw: als sinds de jaren 90 staat het onderwerp regelmatig op de politieke agenda. Nu zijn, in aanloop naar het te sluiten convenant, zes basisprincipes opgesteld voor een dierwaardige veehouderij. Het gaat onder andere over de inrichting van de stallen, het stoppen van castreren van biggen en het onthoornen van koeien en geiten.
Ook moeten boerderijdieren de mogelijkheid krijgen om natuurlijk gedrag te vertonen, anders dan nu het geval is op veel boerderijen. Zo moeten onder meer varkens kunnen wroeten en een nest kunnen bouwen, koeien voor hun kalf kunnen zorgen, kippen een stofbad kunnen nemen en eenden kunnen zwemmen. De minister heeft deze principes omarmd en ze als uitgangspunten meegegeven voor het te sluiten convenant.
Wat is natuurlijk gedrag van boerderijdieren?
Hoe diervriendelijk moet de veehouderij zijn en wie betaalt dat? Deze maand zijn de onderhandelingen gestart. D66-Kamerlid Tjeerd de Groot is optimistisch over aanpassingen voor de intensieve veehouderij en verwacht dat nog deze kabinetsperiode "het begin van het einde van de bio-industrie" geregeld wordt.
Boerenbelangenbehartigers vinden dat nieuwe afspraken vooral aan moeten sluiten bij al bestaande initiatieven. Eline Vedder van LTO Nederland zei eerder: "Zorg ervoor dat er niet weer van alles bij komt."
De Groot (D66) denkt overigens niet dat het convenant de wetswijziging van Vestering afzwakt. "We hebben in het coalitieakkoord afgesproken dat de uitkomst van dit convenant wordt vastgelegd in wetgeving die nog in deze kabinetsperiode in werking zal treden. We zullen er als D66 op toezien dat we dit voor elkaar krijgen."
Draagvlak
De maatregelen om de veehouderij dierwaardiger te maken, zullen grote gevolgen hebben. CDA-Kamerlid Derk Boswijk denkt dat het niet anders kan. "Het zal echt heel wat voeten in de aarde hebben, maar ik denk ook dat het belangrijk is voor de agrarische sector zelf. Juist om het maatschappelijke draagvlak te behouden."
Maar Boswijk ziet ook een rol voor de consument, want beter dierenwelzijn betekent vaak hogere prijzen in de winkels: "Wij zeggen allemaal als burger dat we dierenwelzijn belangrijk vinden, maar zodra we de supermarkt binnenlopen dan pakken wij toch weer het goedkoopste pakje melk of vlees."
Eind volgende maand wordt het eerste tussenverslag met gemaakte afspraken verwacht. Nog voor de zomer moet het convenant door alle betrokken partijen ondertekend zijn.