Burgers geëvacueerd uit belegerde Azovstal-fabriek in Marioepol
Enkele tientallen burgers zijn geëvacueerd uit de Azovstal-staalfabriek in Marioepol. Het is de eerste keer dat burgers het verzetsbolwerk van de havenstad hebben kunnen verlaten sinds president Poetin vorige week opdracht gaf om het complex hermetisch af te sluiten.
Volgens het Russische ministerie van Defensie zijn 46 mensen in veiligheid gebracht. Dat zou gisteren al gebeurd zijn. Het Oekraïense Azov-bataljon, dat zich ook heeft verschanst in de staalfabriek, bevestigt de evacuatie van een groep burgers. De groep bestaat volgens de Oekraïners uit vrouwen en kinderen.
Waar ze naartoe zijn gebracht is onduidelijk. Het Russische ministerie van Defensie zegt alleen dat ze onderdak hebben gekregen. Ook het Azov-bataljon noemt geen specifieke locatie, alleen dat het om een "geschikte plek" gaat.
Het fabrieksterrein van Azovstal is de laatste verzetshaard in Marioepol. De rest van de stad is in handen van het Russische leger.
Rond de fabriek wordt nog altijd zwaar gevochten. Volgens Oekraïense bronnen zitten zo'n duizend burgers in de ondergrondse gangen en bunkers op het fabrieksterrein. Rusland zegt op zijn beurt dat zich er 2500 Oekraïense militairen en huurlingen hebben verschanst. Zij weigeren zich over te geven.
De burgemeester van Marioepol, die niet meer in de stad is, zegt tegen de BBC dat de mensen in het complex op de rand van leven en dood verkeren. "Mensen wachten en bidden voor een redding", zegt burgemeester Bojtsjenko. "Het is moeilijk om te zeggen hoeveel dagen of uren we nog hebben om levens te redden."
Getuigenverhalen
Het Duitse weekblad Der Spiegel lukte het om met zeven mensen in het Azovstal-complex contact te leggen. Zij berichten over voortdurende beschietingen en bombardementen en nijpende voedsel- en watertekorten.
Olena, een vrouw van 57 die al twee maanden in een fabriekskelder zit, zegt tegen het blad dat ook het licht niet meer overal werkt. "In onze bunker is er nog licht, maar in andere niet meer. Ze hebben ook geen levensmiddelen meer."
Valerija, die vecht bij het Azov-bataljon, zegt dat ook de medische verzorging dramatisch is. Er is een noodhospitaaltje ingericht, maar medicijnen of antibiotica zijn er niet meer. "Er komen hier soldaten binnen die ledematen missen of wonden van granaatscherven hebben", zegt ze tegen Der Spiegel. "Zelfs als een operatie lukt, is het risico groot dat patiënten infecties of bloedvergiftiging krijgen. Veel soldaten zullen alleen overleven als ze snel worden geëvacueerd. Anderen sterven voor onze ogen."
Afgelopen maandag deelde het Azov-bataljon zelf deze beelden uit de kelders onder de staalfabriek. Inmiddels is de situatie dus nog nijpender: