Aan de frontlinie in Oekraïne klinken schoten, maar 'dat is niets bijzonders'
Kysia Hekster
Correspondent Europese Unie
Kysia Hekster
Correspondent Europese Unie
Het Oekraïense dorp Chermalyk ligt op de westelijke oever van de rivier de Kalmius. Het dorp met 800 inwoners is in handen van het Oekraïense leger, maar aan de overkant van de rivier zijn pro-Russische separatisten de baas. In de verte klinken schoten.
"Niets bijzonders", zegt de 60-jarige Galina Dovzhan. Ze is sociaal werker in het dorp aan de frontlinie. "Al acht jaar horen we dat. Soms meer, dan weer wat minder, maar echt stil is het hier nooit geweest. Gisteren ging ik naar buiten om mijn koe te voeren en toen hoorde ik ze weer, automatische geweren."
Ze probeert door de sneeuw te ploeteren op haar elektrische driewielerfiets. Die kreeg ze van Proliska (Sneeuwklokje), een Oekraïense organisatie die geld krijgt van de Verenigde Naties. Met dat geld zorgt Galina zo goed en zo kwaad als het gaat voor zeventien mensen in het dorp die niet meer voor zichzelf kunnen zorgen.
IJskoud
Een van hen is de 81-jarige Maria. Ze is aan de beurt om water te krijgen. Met een zware fles met vijf liter water loopt Galina Dovzhan haar huisje binnen. Maria zit op een krukje met een dikke jas aan en een sjaal om haar hoofd geknoopt. Het is ijskoud in de twee kamers die ze bewoont.
"Jee, wat heb je koude handen, het lijken wel ijsklompjes!", roept Galina uit als ze de handen van Maria vastpakt. "Zie je hoe mensen hier moeten wonen? Maria heeft zelfs geen geld om kolen of hout te kopen om vuur te kunnen maken, daar ben ik nu even drukker mee dan met een Russische invasie."
Even later aan haar eigen keukentafel klinkt ze wel degelijk bezorgd. "Mensen in het dorp zijn bang, natuurlijk. We weten hoe het is en wat ons te wachten kan staan. We zijn zo moe, al acht jaar leven we in angst."
Galina laat haar dak zien. "Zie je? Beschadigd geraakt tijdens een inslag. Zes ramen sprongen, eentje is nog steeds niet gemaakt. Vier dagen zaten we in de schuilkelder. Mijn 4-jarige kleindochter was erbij. Die zei uit angst geen woord meer. Het duurde maanden voor ze weer ging praten. Mijn kleinzoon moest nooit iets van geweld hebben, maar nu zegt hij: het enige wat ik wil, is naar de militaire academie om voor ons land te kunnen vechten. Iedereen hier lijdt, we zijn allemaal psychisch in de war."
Chermalyk ligt niet ver van de Russische grens. Voor de oorlog begon, in 2014, was deze regio pro-Russisch, maar daar is na al het geweld van de afgelopen jaren niet veel meer van over. "Natuurlijk zit Rusland daarachter", zegt Dovzhan. President Poetin ontkent nog steeds iets te maken te hebben met de gevechtshandelingen. "We zijn misschien simpele mensen hier, maar hoe komen de separatisten aan al die zware wapens? Die komen uit Rusland. En daarom zijn we nu alleen nog maar voor Oekraïne. Wij hebben Rusland niet nodig."
Even verderop woont Olga Popova. Zij verloor vijf jaar geleden haar kleinzoon Nikos toen die tijdens zijn werk op een mijn reed. Ze houdt een portret van hem in haar handen geklemd. "Hij was op slag dood. Hij zat op zijn gereedschapskist tijdens de explosie en die zat vol ijzeren moeren en schroevendraaiers. Al dat gereedschap is dwars door hem heengegaan. Hij was een geweldige kleinzoon."
Een traan rolt over haar wang. "Hij was pas 25, net getrouwd. Hij liet een acht maanden oude dochter achter. Ik wil niet dat er nog meer doden vallen hier als er een nieuwe oorlog komt. Maar we zullen vechten voor ons dorp, tegen Rusland."