Zeven verwaarloosde leeuwen opgevangen in Friesland: 'Grootste groep ooit'
Eliane Lamper
redacteur Online
Eliane Lamper
redacteur Online
Jaarlijks worden tientallen verwaarloosde en getraumatiseerde leeuwen en tijgers verzorgd in opvangcentra in Nederland. Afgelopen week werden zeven leeuwen in Roemenië uit slechte omstandigheden gered en overgebracht naar opvang Felida in Friesland.
Het is het grootste aantal dat ze ooit in een keer binnen hebben gekregen bij de opvang, waar ze nu in totaal negen leeuwen en een tijger verzorgen.
"Ze doen het best goed. Het plan is dat ze een aantal maanden bij ons blijven voor intensieve zorg", zegt Simone Schuls, manager van het opvangcentrum dat gespecialiseerd in fysiek en mentaal getraumatiseerde grote katachtigen. "Daarna zullen zeker vijf leeuwen in ons reservaat in Zuid-Afrika worden opgevangen. Daar leven de dieren in het semi-wild en hebben ze een hectare grond voor zichzelf."
De Roemeense eigenaar had een vergunning om leeuwen op zijn terrein te houden, maar wilde nu van de dieren af. "Ze hadden een veel te klein verblijf, bijna geen water, geen begroeiing om zich heen en geen verwarming", vertelt Juno van Zon, die de dieren zo aantrof tijdens de reddingsactie. Met een team van zo'n twintig mensen wisten ze zeven leeuwen veilig naar Nederland te vervoeren. De eigenaar weigerde om zijn twee laatste leeuwen ook mee te geven.
Simba in Roemeense videoclip
Een van de leeuwen is de driejarige Simba, die er slecht aan toe is. "Simba ziet eruit als een kleine hond. Hij is misvormd en loopt niet goed", zegt Schuls. "In de opvang helpen we de leeuwen om natuurlijk gedrag te ontwikkelen en een jachtgevoel te krijgen." Maar de kans dat Simba ooit sterk genoeg is om in het wild te kunnen overleven, is klein. Waarschijnlijk blijft hij de rest van zijn leven in de opvang in Friesland.
De internationale dierenorganisatie Vier Voeters, ook bekend als Four Paws, kwam Simba op het spoor door een videoclip van een Roemeense artiest waarin het wilde dier te zien was. De video zorgde voor een storm van kritiek op sociale media, mede ook omdat Simba er gewond uitzag. Het dier werd in beslag genomen, maar later weer teruggegeven aan zijn eigenaar.
Het Jeugdjournaal ging langs bij de dierenopvang in Friesland om te kijken hoe het met de dieren gaat:
Vanuit de grote-katachtigen-opvang is Van Zon betrokken bij een internationaal team dat jaarlijks meerderde acties over heel de wereld uitvoeren om wilde dieren te redden. "In Europa zijn het vooral dierentuinen, circussen en privéterreinen waar we de dieren weghalen." Vaak gebeurt dat nadat dierentuinen hun vergunning zijn verloren of melding wordt gemaakt over misbruik van dieren op sociale media of door lokale dierenorganisaties.
Illegale handel in Europa
Handel in wilde- en beschermde dieren en het bezit daarvan is wereldwijd een groot probleem en Europa is geen uitzondering. "Het probleem is groter dan je zou verwachten", zegt Petra Sleven, directeur van Vier Voeters in Nederland. "Volgens onze schattingen zijn er in Europa al zeker 600 katachtigen die er slecht aan toe zijn en hulp nodig hebben."
Tijgers en leeuwen worden vooral verhandeld in de entertainmentindustrie en komen veelal terecht in landen als Oekraïne, Bulgarije en Roemenië. In Balkanlanden gaat het vaak om beren die onder erbarmelijke omstandigheden worden gehouden voor vermaak.
"Handel is in veel landen verboden, maar het moet ook gehandhaafd worden", zegt Sleven. "In Brussel maken we ons hard voor betere regelgeving en handhaving. Want de handel in wilde dieren en dierproducten moet ook beter gecontroleerd worden."
Wilde dieren in conflictgebieden
In de afgelopen jaren hebben de reddingsacties van tijgers en leeuwen uit conflictgebieden, waar ook Van Zon bij betrokken was, voor veel aandacht gezorgd. Twee jaar geleden werden twee verwaarloosde leeuwen, naast tientallen andere dieren, geëvacueerd uit een dierentuin in de Gazastrook en later uitgezet in Zuid-Afrika.
Ook de Syrische 'oorlogstijgers' Soltan en Sayida werden in 2017 tijdens de burgeroorlog opgehaald uit een dierentuin in Aleppo en overgebracht naar Friesland. De dieren waren getraumatiseerd door jarenlange bombardementen en uithongering. Na een aantal jaar in de Friese opvang zijn de dieren alsnog overleden.