Boodschappenaffaire: 'Of wet aanpassen of niet zeuren als gemeente wetten uitvoert'
De gemeente Wijdemeren mag een deel van de bijstandsuitkering terugvorderen van een vrouw omdat zij boodschappen kreeg van haar moeder. Dat oordeelde de rechter vandaag in hoger beroep. Wat heeft de uitspraak duidelijk gemaakt, en welke vragen zijn nog niet beantwoord?
De bijstand is bedoeld als vangnet voor wie niet in eigen levensonderhoud kan voorzien. Volgens Evert Verhulp, hoogleraar arbeidsrecht (UvA), is het een hele bewuste keuze van de gemeente om het bedrag van die vrouw terug te vorderen. "We willen als samenleving alleen mensen betalen als ze niet in hun eigen levensvoorziening kunnen voorzien. Als iemand anders een deel betaalt, dan hoeft de samenleving dat niet meer te doen. Juridisch is dat eenvoudig."
De vrouw in Wijdemeren ontving wekelijks boodschappen. Boodschappen worden gezien als een kostenbesparing. Maar de bijstandsuitkering kan dan niet meteen verlaagd worden. Er moet sprake zijn van een 'bijzondere situatie'. In dit geval was dat zo, omdat de vrouw de boodschappen "substantieel en structureel" ontving volgens de rechter. Ze hoefde deze boodschappen niet meer van haar uitkering te kopen, wat "een substantiële besparing" opleverde.
Volgens Verhulp zijn de regels mede zo omdat er veel aandacht is voor eventueel misbruik van de regeling. "Als we dat anders willen, moeten we de wet aanpassen. Maar niet zeuren als een gemeente de wetten uitvoert."
Hoeveel boodschappen zijn wel toegestaan?
De rechter benadrukt in de uitspraak van vandaag dat iemand in de bijstand het beste alles kan opgeven wat van belang is voor de hoogte van de uitkering. Eén keer een tas boodschappen krijgen is daarbij niet "substantieel en structureel". Maar hoeveel boodschappentassen dat wél zijn, is niet altijd duidelijk. Daar neemt de gemeente een beslissing over, en in dit geval ook de rechter.
De Tweede Kamer reageerde verontwaardigd op de sanctie die Wijdemeren oplegde. Een voorstel van verschillende partijen om mensen in de bijstand toe te staan jaarlijks 1200 euro aan giften te ontvangen zonder gekort te worden, haalde een meerderheid. Maar het is aan gemeenten zelf om te bepalen wat aan giften is toegestaan. Naar aanleiding van deze 'boodschappenaffaire' hebben een aantal gemeenten de 1200 euro-vrijstelling ingevoerd.
Grote winst van de affaire is dat meer mensen zijn gaan inzien dat het uitvoeren van de Participatiewet tot ongewenste uitkomsten kan leiden.
Maar deze verruiming van de vrijstelling helpt mensen die boodschappen krijgen niet, legt de rechter in zijn uitspraak uit. Want boodschappen zijn geen giften, maar een kostenbesparing op het levensonderhoud. Als je een cadeau krijgt, bijvoorbeeld een ketting, heb je alsnog de uitkering nodig om in je levensonderhoud te voorzien. Als je boodschappen krijgt, verlaagt dat je behoefte aan een uitkering.
"Grote winst van de affaire is dat meer mensen zijn gaan inzien dat het uitvoeren van de Participatiewet tot ongewenste uitkomsten kan leiden", zegt jurist André Moerman van de website schuldinfo.nl, die voor het eerst aandacht gaf aan de zaak. "Het ministerie van Sociale Zaken organiseerde allerlei bijeenkomsten om knelpunten van de Participatiewet te bespreken. De zaak heeft de Tweede Kamer bereikt, er ligt een conceptwetsvoorstel om terugvorderingen niet verplicht te maken."
Het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid start na de zomer een onderzoek naar "hardvochtigheden binnen de sociale zekerheidswetgeving. Op de resultaten kan een volgend kabinet voortborduren", zegt een woordvoerder.
Waarom mogen boodschappen van de voedselbank wel?
De advocaat van de vrouw uit Wijdemeren vindt dat haar cliënt ongestraft boodschappen had mogen krijgen, omdat die te vergelijken zijn met hulp van de voedselbank. De rechter was het daar niet mee eens. Want vóór de voedselbank start met het verstrekken van levensmiddelen, vindt er een inkomenstoets plaats. Daarnaast is hulp van de voedselbank in beginsel beperkt tot een bepaalde tijd.
Die regels golden allemaal niet voor de boodschappen die de vrouw kreeg, zo oordeelde de rechter.