Verdeeldheid in Tunesië: is de politieke onrust nou wel of geen goed teken?
"Wat is hier gaande? Het begin van het einde van de democratie, of een fase die juist bij een jonge democratie hoort?" Zo vat Midden-Oosten-correspondent Daisy Mohr de discussies op straat in Tunesië samen. Zij kwam vandaag aan in het land, twee dagen nadat president Kais Saied de premier ontsloeg en het parlement ontbond.
Mohr peilt de sfeer in de hoofdstad. "Wat ik om me heen zie is een best wel normaal Tunis. De winkels zijn open, mensen zijn naar hun werk gegaan. Sommige grote straten zijn afgezet en de politie is duidelijk op zijn hoede. Maar ik heb geen rellen gezien. Al zou dat wel snel om kunnen slaan. Er zijn nog geen nieuwe demonstraties aangekondigd, maar dat kan elk moment gebeuren."
Stenen en brandstichting
De relatieve rust op dit moment staat in schril contrast met de afgelopen twee dagen van straatgevechten en het ingrijpen door het leger en de politie. Zondag probeerde de naar huis gestuurde parlementsvoorzitter Rached Ghannouchi tevergeefs het parlementsgebouw binnen te komen. Hij werd tegengehouden door aanhangers van de president. Ghannouchi, leider van de gematigd islamitische partij Ennahda, riep zijn eigen aanhangers op om de straat op te gaan.
Andere betogers hebben kantoren van Ennahda bestormd en brand gesticht in het hoofdkwartier van de partij in de zuidwestelijke stad Touzeur. In Tunis gooiden betogers uit beide kampen met stenen naar elkaar en naar de oproerpolitie. Gisteren deed de politie een inval bij de kantoren van tv-zender Al Jazeera. President Saied waarschuwde relschoppers dat geweld met geweld zou worden beantwoord.
"Maar op dit moment is het rustig", zegt Mohr. Wel is er verdeeldheid. "Dat is tastbaar. Overal waar ik kom, hoor ik discussies tussen mensen die vinden dat de president het goede heeft gedaan en mensen die er faliekant tegen zijn. Het is opvallend dat de discussies die ik tot nu toe hoor vreedzaam gebeuren, en dat het mensen zijn uit dezelfde families en vriendenkringen die het niet met elkaar eens zijn."
De voorstanders van de stappen van de president zeggen dat het nodig was om de corruptie in het land aan te pakken. En dat het geduld van de Tunesische bevolking op was na tien jaar Ennahda aan de macht. In die periode is er veel politieke onrust en economische malaise geweest. En nu heerst er een nieuwe golf van het coronavirus, die de regering niet in goede banen weet te leiden.
De economie holt achteruit. De pandemie hakt er in. Het land is afhankelijk van het toerisme en dat is er nauwelijks
Tegenstanders van het afzetten van de premier zien de president als een man bezeten door machtswellust. Zijn stap zou te vergelijken zijn met de staatsgreep in 2013 door de Egyptische legerleider al-Sisi. Naar die gebeurtenis is destijds door veel Tunesiërs van alle politieke kleuren met argusogen gekeken. Dat moest niet voorkomen in Tunesië, vonden velen, omdat het land sinds de Arabische Lente van 2011 geldt als een van de weinige democratieën in de Arabische wereld.
"Wat ik wel zie," zegt Mohr, "is dat de mensen deze meningsverschillen heel openlijk met elkaar bediscussiëren."
Onzekerheid
Ongeacht hun mening, zijn de Tunesiërs die Mohr spreekt het erover eens dat er iets moest gebeuren aan de nijpende situatie in het land. Het is niet voor niets dat er al langer demonstraties waren in Tunesië en dat er al weken openlijk is gespeculeerd over een staatsgreep. "De economie holt achteruit. De pandemie hakt er in. Het land is afhankelijk van het toerisme en dat is er nauwelijks. Het wegvallen van die inkomsten is de doodslag bovenop de malaise die er al was. En je merkt dat veel jonge Tunesiërs bezig zijn manieren te vinden om het land te verlaten."
Het is afwachten wat de volgende stappen van de president zullen zijn. Achter de schermen is er nu van alles gaande, zegt Mohr. Welke kant het op gaat? Zij waagt zich niet aan een voorspelling. Voorlopig kan ze alleen getuige zijn van de spanning en de verdeeldheid. "Overal gaat het daarover: is dit nou wel of niet goed?"