Het toernooi om de Copa América gaat door in Brazilië. Het Hooggerechtshof in het land wees protesten vanuit de Braziliaanse politiek en een vakbond af tegen het doorgaan van het Zuid-Amerikaanse voetbalkampioenschap.
De Copa América, een toernooi tussen tien landen uit Zuid-Amerika, zou eigenlijk in Colombia en Argentinië worden gehouden. Colombia trok zich terug vanwege politieke onrust en Argentinië wilde het toernooi niet organiseren vanwege het hoge aantal coronabesmettingen.
Daarom besloot de Zuid-Amerikaanse voetbalbond om het toernooi aan Brazilië toe te wijzen, hoewel ook dat land worstelt met het coronavirus. Het Hooggerechtshof bepaalde dat het toernooi, met goede gezondheidsprotocollen, kan starten aanstaande zondag.
Titelverdediger Brazilië, waarvan ook de spelers zelf twijfelden over een toernooi in eigen land, opent het toernooi zondag tegen Venezuela. "Wij zijn tegen de organisatie van de Copa América, maar we zullen nooit 'nee' zeggen tegen de Braziliaanse selectie", stond in een verklaring van de Braziliaanse spelers.
Vier eredivisiespelers
Vier voetballers uit de eredivisie doen mee aan de Copa América. Nicolás Tagliafico en Lisandro Martínez van Ajax behoren tot de Argentijnse selectie en Miguel Araujo en Sergio Peña van FC Emmen spelen bij Peru.
De tien deelnemende landen zijn verdeeld over twee poules. Op zaterdag 10 juli is de finale in het Maracanã-stadion van Rio de Janeiro.