Sprintduo 'Kromo' & De Boer toont aan dat er meerdere wegen naar Tokio leiden
Een drievoudig olympisch kampioene die van en voor het zwemmen leeft en een financieel analist bij een vastgoedinvesteerder die veertig uur per week op kantoor zit en in zijn schaarse vrije uren in het water ligt.
Ranomi Kromowidjojo en Thom de Boer kleurden in Boedapest de slotdag van de Europese titelstrijd. Generatiegenoten zijn het en - op de pure liefde voor het sprinten na - zo'n beetje in alle opzichten elkaars tegenpolen.
De een, de 30-jarige Kromowidjojo, kende tijdens de EK op de niet-olympische 50 meter vlinderslag een gouden slotakkoord van haar generale repetitie voor Tokio 2020.
Daar zal 'Kromo', getuige de adelbrieven die ze in Hongarije overlegde, het eerst en vooral van de 50 vrij moeten hebben, het nummer waarop ze in 2012 in Londen al eens het genoegen beleefde als eerste aan te tikken.
Vakantiedagen
De ander, de 29-jarige De Boer, is over twee maanden in Japan misschien wel de meest opmerkelijke verschijning in de Nederlandse zwemploeg. Zijn debuut op de Spelen wordt één groot avontuur. Hij heeft het er graag voor over om vakantiedagen op te nemen teneinde de reis naar het Land van de Rijzende Zon te kunnen aanvaarden.
Werk en topsport lopen in het leven van de Amsterdammer ogenschijnlijk naadloos in elkaar over. Deze week bood zijn werkgever, Rockfield Real Estate, hem de gelegenheid vanuit huis te werken. Dat 'huis' bleek niet zijn woonruimte in het Amsterdamse Nieuw-West te zijn, maar een kamer in het hotel in Boedapest waar de zwemploeg tijdens de Europese titelstrijd verbleef.
Tussen de trainingen en wedstrijden door zette hij zich halve middagen achter zijn laptop om lopende werkzaamheden af te ronden. "Dat doe ik vaker, ik voel me er lekker bij. Het komt mijn zwemmen ten goede."
De Dolfijn
De Boer, die traint bij de Amsterdamse vereniging De Dolfijn, combineerde in de uren dat hij niet in het water lag het nuttige met het aangename. "Ik heb er voor mijn gevoel geen last van. Zo blijf je tenminste bezig."
Maar misschien, zo leerde vooral de vierde plaats op de 50 vrij hem, doet hij er de komende maanden toch verstandig aan werk en sport iets meer te scheiden. "De tijden waarmee je op dit EK op het podium komt kan ik ook zwemmen", concludeerde hij. "Toch is het 'm dit toernooi vaak net niet."
De Boer sloot niet uit dat hij de komende periode wat extra vakantiedagen bij zijn werkgever gaat opnemen. De tijd begint immers te dringen om de laatste puntjes op de i te zetten.
"Er moet meer power in mijn zwemmen komen. Dat kan door wat rust te nemen en ook in de trainingen minder vaak het gas erop te doen. En misschien is het ook verstandig om overdag wat vaker lekker een uurtje op bed te liggen in plaats van te werken."
Anders dan Kromowidjojo vertrekt De Boer over zeven weken volkomen onbevangen richting Azië, om daar voor de eerste maal kennis te maken met de Olympische Spelen. Voor de Groningse wordt Tokio haar vierde en laatste verblijf op de Olympus. Ze heeft in de slagschaduw van de vijf ringen alles gewonnen wat er te winnen valt. En toch laait het heilige vuur van binnen nog altijd als een vlammenzee.
Verschroeiend uithalen
Ze is de vrouw die al haar hele loopbaan berekenend te werk gaat, Rio 2016 was de uitzondering die de regel bevestigde. Het teleurstellende optreden op Braziliaanse bodem - ze eindigde als zesde op de 50 vrij (24,19) en vijfde op de 100 vrij (53,08) - moet in Azië worden weggepoetst. In het werelddeel waar ze tijdens haar eerste Spelen, die van Peking, meteen goud pakte op de 4x100 vrij wil ze nog één keer verschroeiend uithalen.
Met haar ongeëvenaarde start en onderwaterfase liggen haar grootste kansen op de 50 vrij. De EK in Boedapest lieten zien dat de dubbele afstand links en rechts wat roestplekjes vertoont. Op de openingsdag klokte ze als startzwemster van de 4x100 vrij een tijd van 53,56, wat meteen een valse start van het toernooi betekende. Ter vergelijking: Heemskerk klokte daar, met vliegende start, 51,99. Het zilver op het aflossingsnummer werd door Kromowidjojo veelzeggend omschreven als 'een les voor Tokio'.
Op de individuele 100 vrij belandde ze net naast het podium. Van 54,04 in de series ging het naar 53,59 in de halve eindstrijd en 53,44 in de finale, waar Heemskerk in 53,05 het goud veroverde. De vierde en meest ondankbare plaats werd haar deel.
De 50-meternummers verteerde Kromowidjojo in Hongarije aanzienlijk beter. Op de vrije slag: 24,24 in de eerste schiftingsronde, 24,14 bij de halve finale en 23,97 in de strijd om de plakken, waarmee ze als enige zwemster onder de 24 seconden dook. Het was haar tweede tijd ooit, slechts 0,12 seconden verwijderd van de snelste tijd die ze ooit over één baan borstcrawl zwom. Op de vlinderslag: 25,88, 25,71 en 25,30, goed voor een gouden medaille.
Leuke bijvangst
"Leuke bijvangst", noemde ze het. Dat ze in het wedstrijdbad via een groot beeldscherm werd gefeliciteerd door vader Rudi en moeder Netty deed haar meer dan de daadwerkelijke zege op het nummer dat in Tokio niet wordt gezwommen.
Een gelukje wilde ze haar overwinning beslist niet noemen. "Geluk dwing je af. Net als in de finale van de 50 vrij zwom ik mijn eigen race. Het was een kwestie van die ene baan goed indelen door niet als een malle van start te gaan en op het einde volledig in te storten. Het is tegennatuurlijk om zo te zwemmen, maar het werkt."
Lekker weekje
De individuele dubbelslag was vooral goed voor het zelfvertrouwen, lachte ze. "Ik heb een lekker weekje gehad", heet zoiets op z'n Kromowidjojo's.
"Twee keer goud pakken op één toernooi is hartstikke lekker. Los van die 100 vrij heb ik hier in Boedapest prima gezwommen. Ik heb rust, kalmte en zelfvertrouwen gevonden. De grootste winst van deze EK is dat ik me door mijn races goed aan te pakken op de juiste manier aan het klaarstomen ben voor de Olympische Spelen."