Ondernemers over succes Bol: 'Mensen zijn gemaksdieren, ik kan er niet omheen'
Het aantal ondernemers dat via Bol.com hun artikelen aanbiedt, is het afgelopen jaar meer dan verdubbeld: van 20.000 naar ruim 40.000 ondernemers. De omzet van de webwinkel steeg in het coronajaar met 54 procent ook fors. Ondernemers die gebruikmaken van het platform reageren wisselend op dit succes.
Bij de presentatie van de jaarcijfers van Ahold Delhaize vandaag, waar onder meer Bol.com en Albert Heijn onderdeel van zijn, bleek dat de omzet met tientallen procenten is gestegen. Toch heeft het bedrijf minder winst gemaakt dan het jaar ervoor door investeringen en verschillende eenmalige kosten.
Infrastructuur
Frans Muller, de topman van Ahold Delhaize, weet dat Bol aan "de goede kant" van de coronacrisis staat, maar hij wil niet spreken van winnaars en verliezers: "Ik begrijp de pijn van ondernemers die hun winkels moesten sluiten. Daarom hebben we in één jaar 20.000 ondernemers extra toegang verleend tot onze website. Zij kunnen gebruik maken van onze infrastructuur. Dat is een van de manieren hoe wij een bijdrage proberen te leveren zodat ondernemers een minder slechte tijd hebben."
"Klinkklare onzin", zegt Milan van Baalen van spellenwinkel Pinokkio in Utrecht. "Ik vind het raar dat zij zeggen dat ondernemers gesteund zijn door hun platform aan te bieden, het is geen hulp wat ze bieden. Bol.com is juist een concurrent van de kleine winkel. Zij proberen kleine ondernemers voor te zijn met hun online macht. Daarmee maken ze de markt een beetje kapot."
Daarom heeft Van Baalen besloten geen zaken met Bol te doen. "Als klant word je steeds meer afhankelijk van webwinkels, dat is zonde. De diversiteit van de winkelstraat en het aanbod worden hierdoor steeds kleiner. Je hebt nu zoveel webshops die dezelfde spullen aanbieden en ik kan daar niet tegenop concurreren. Ik heb personeel, huur en andere vaste lasten, zij hebben dat niet."
Roeland Prins van spelletjeswinkel Speldorado in Delft is na een aantal jaar juist weer terug op het platform: "Ik was er een paar jaar geleden mee gestopt, onder andere vanwege de hoge retourkosten. Mijn vaste klanten sturen bijna nooit wat retour, maar Bol-klanten ontzettend veel. Bol.com zit mij vervolgens weer op de hielen als ik dat niet snel genoeg regel en in de tussentijd communiceer ik met hun robots."
Toch verkoopt ook Prins op de website. Hij moet wel, zegt hij. "Anders word ik niet gevonden online. Als je een spelletje intikt op google, verschijnen zij altijd bovenaan." Hij verkoopt inmiddels meer via de webwinkel dan via zijn eigen website, maar blij is hij niet. "Per bestelling sta ik iets van 14 procent af. Maar mensen zijn gemaksdieren, ik kan er helaas niet omheen."
Coronabelasting
De ondernemers maken zich ook zorgen om de marktpositie van Bol. De vrees heerst dat het marktaandeel dat webwinkels in coronatijd hebben veroverd, niet meer kan worden teruggewonnen. Daarom gaan er stemmen op voor een 'coronabelasting', die de ongelijkheid tussen de winnaars en verliezers een beetje recht kan trekken. De bedrijven die het afgelopen jaar extra profiteerden, zouden door middel van een heffing wat kunnen afdragen aan degene die noodgedwongen hun deuren moesten sluiten.
Ook in de Tweede Kamer is dit niet onopgemerkt gebleven. Zo liet Henk Nijboer van de PvdA weten samen met de SP vragen over een dergelijke crisisheffing aan demissionair staatssecretaris Vijlbrief te hebben voorgelegd. Ook Thierry Aartsen van de VDD vond het een goed idee om dit door het kabinet te laten onderzoeken.
Muller van Ahold Delhaize doet er geen uitspraken over. "Ik begrijp de maatschappelijke discussie, maar ik denk dat dit een vraagstuk is voor het volgende kabinet."