Zaak Pakistaans echtpaar in dodencel weer uitgesteld, tot wanhoop van broer in Nederland
Christiaan Paauwe
Redacteur Buitenland
Christiaan Paauwe
Redacteur Buitenland
Triest is hij, tegen het wanhopige aan. De Pakistaanse Joseph hoopt elke keer weer dat zijn zijn zus en zwager vrijkomen. Zij zijn ter dood veroordeeld voor godslastering en zitten al meer dan zeven jaar vast in Pakistan. Deze maandag zou een gerechtshof in de stad Lahore zich eindelijk buigen over de zaak, maar toch werd het weer uitgesteld. "Dat is inmiddels wel honderd keer gebeurd", zegt Joseph.
Hij is vanwege de zaak naar Nederland gevlucht en vreest dat hij zelfs hier het doelwit kan worden van moslimfundamentalisten. Zijn adres wil hij geheim houden, net als zijn achternaam.
Het echtpaar Shagufta Kausar en Shafqat Emmanuel werd in 2013 opgepakt. De vrouw zou met een telefoon die op haar naam was geregistreerd berichtjes in het Engels hebben gestuurd naar een imam, waarin de profeet Mohammed werd beledigd. Maar ze is een laagopgeleide schoonmaker, zegt Joseph, die dit nooit zelf had kunnen sturen. "Ze kan nauwelijks schrijven in het Urdu, laat staan in het Engels", zegt hij zittend achter zijn keukentafel.
Mensenrechtenorganisaties waarschuwen al jaren voor de vergaande gevolgen van blasfemie-wetgeving in Pakistan. Amnesty concludeerde in een rapport dat deze misbruikt wordt voor persoonlijke geschillen, vooral tegen minderheden in het land.
Dat zegt ook Jan Dirk van Nifterik van de Stichting Hulp Vervolgde Christenen (HVC). "Deze wet wordt vaker gebruikt als wapen om mensen uit het veld te ruimen. Om burenruzies op te lossen of om andere redenen." De stichting staat christelijke families bij die in dit soort situaties zitten, onder wie ook die van Joseph. "Zover wij weten gaat het om 238 zaken met christenen. Op dit moment zitten er van die groep 25 in de gevangenis", zegt Van Nifterik.
Wie de berichtjes in de zaak van Shagufta Kausar en Shafqat Emmanuel heeft gestuurd, is onduidelijk. Mogelijk hebben buren het gedaan met wie het echtpaar ruzie had. Volgens Joseph werd zijn zwager gemarteld door de politie en zo tot een bekentenis gedwongen.
Eenmaal aangeklaagd krijgen verdachten en hun families in dit soort zaken te maken met een tweede probleem: moslimfundamentalisten die ze dood willen hebben en woedend worden als ze toch worden vrijgesproken. Een bekend voorbeeld is de vervolging van Asia Bibi, de eerste vrouw in Pakistan die voor blasfemie ter dood werd veroordeeld in 2010.
Een minister en een gouverneur die zich de jaren daarna uitspraken voor haar vrijheid, werden door extremisten vermoord. Toen Bibi uiteindelijk na tien jaar gevangenisstraf door het hooggerechtshof werd vrijgesproken, leidde dat tot grootschalige protesten met de oproep om de vrouw alsnog op te hangen.
Joseph kreeg maandag te horen dat het beroep van zijn ter dood veroordeelde zus en zwager was uitgesteld:
Dat is ook de reden dat de zaak van Shagufta Kausar en Shafqat Emmanuel steeds wordt uitgesteld, zegt hun advocaat Saif ul Malook. Rechters durven hun vingers niet meer aan dit soort zaken te branden. "Er was geen reden om het uit te stellen. De enige conclusie die we er uit kunnen trekken is dat de rechters in Pakistan bang zijn voor de islamisten", zegt hij vanuit Pakistan aan de telefoon. "Ik denk dat deze zaak nog vaak uitgesteld gaat worden, tenzij er druk wordt gezet op het gerechtshof."
Malook stond ook Asia Bibi bij. Hij heeft goede hoop dat het echtpaar wel vrijgesproken zal worden, omdat hij vindt dat hun onschuld beter bewezen kan worden. Maar dan moet de zaak wel eerst behandeld worden.
In de tussentijd gaat de mentale en fysieke gezondheid van de twee hard achteruit, zegt Joseph. Zijn zwager, die half verlamd is, ligt met doorligwonden in het ziekenhuis. Zijn zus is gebroken en zegt dat ze het leven in de gevangenis niet meer aankan. En hun vier jonge kinderen moeten zonder hun ouders opgroeien. Joseph probeert in de tussentijd bij overheden aandacht te vragen voor de zaak. "En bid ik dat God ons zal helpen en mijn zus ooit vrij zal komen zodat we elkaar weer kunnen zien."