Bloemendaal jaagt in raar seizoen op titel die het vorig jaar al wilde pakken
Jan-Kees van der Kun
Jan-Kees van der Kun
"Het was wel lekker rustig thuis", grijnst Jasper Brinkman met een knipoog naar zijn huisgenoten Floris Wortelboer, Thierry Brinkman en Maurits Visser. "Terwijl zij iedere dag op het veld stonden, kon ik lekker studeren. Ik heb al mijn tentamens gehaald."
De lach van Brinkman is er overduidelijk een als die van een boer met kiespijn. Door de coronamaatregelen kon hij ruim twee maanden niet hockeyen, maar al die weken zat Brinkman wel iedere avond op de bank of aan de eettafel met drie jongens die dat wel mochten, omdat zij international zijn.
"Gelukkig hebben ze me een beetje gespaard. Ze hebben er niet heel veel grappen over gemaakt", zegt de speler van Bloemendaal. "Maar jaloers was ik wel."
Pijn van gemiste titel
Na het abrupte stilvallen van de hoofdklasse begin oktober, wordt de competitie vandaag hervat. Met koploper Bloemendaal als favoriet voor de landstitel, een status waarvoor ze niet weglopen op 't Kopje.
Een ambitie bovendien die versterkt wordt door het gevoel dat leeft bij Bloemendaal dat ze vorig jaar al een grote kans op het kampioenschap zijn misgelopen door het voortijdig afbreken van het seizoen. "Juist daarom zijn we extra gretig nu", zegt Brinkman.
Zijn naamgenoot Thierry Brinkman vult aan: "Ja, dat heeft absoluut pijn gedaan. Er bestaat natuurlijk geen garantie op prijzen, maar we voelen wel de motivatie om er dit jaar uit te halen wat er vorig jaar al inzat."
Het is aan de concurrentie om die ambitie te smoren. En concurrentie is er genoeg. Vanmiddag komt Kampong bijvoorbeeld op bezoek. En vorige week gaf HGC in een oefenduel al een waarschuwing af.
Dat deed het op het veld, getuige de 3-1 zege, én in de uitspraken na afloop. "Ik vind dat iedereen ook Bloemendaal moet uitdagen", sprak Seve van Ass. Hij is er bovendien van overtuigd dat dit ongewone seizoen ook de nodige onverwachte uitslagen met zich mee zal brengen.
"Je weet niet wat de andere teams de afgelopen maanden hebben gedaan. Ze kunnen enorme stappen hebben gemaakt of juist moeite hebben om het na de lange stop weer aan de gang te krijgen. Dat maakt het onvoorspelbaar."
Het lange gemis van 'echte hockeyactie' is een element dat door veel hoofdklassespelers, de niet-internationals, genoemd wordt als een niet te onderschatten factor bij de competitiehervatting. Ook al hebben ze individueel hard gewerkt om fit te blijven.
"Je kan conditioneel nog zoveel trainen", zegt oud-international Floris van der Linden. "Maar hockeybewegingen zijn heel gek. Dat lage zitten en de vele snelle, korte acties: die kan je niet trainen in de gym of in het park."
"En ook niet als je op het hockeyveld geen duels mag spelen. Die intensiteit kan je niet anders trainen dan gewoon te gaan hockeyen."
Sinds half december mag er weer voluit getraind worden. "Ik had toen spierpijn op plekken waarvan ik vergeten was dat er spieren zaten", aldus HGC'er Van der Linden. "Maar dat werd gelukkig na de eerste week vrij snel minder."
"En nu de hoofdklasse weer gaat beginnen, gaat het eindelijk helemaal weer om het echie. De competitie is pas zeven speelrondes onderweg, dus we krijgen de komende maanden lekker veel wedstrijden, heerlijk!"