Door de blessure van Jasper Cillessen wordt bondscoach Frank de Boer met de neus op de feiten gedrukt. Het houdt niet over met de Nederlandse keepers op het hoogste niveau.
AZ-doelman Marco Bizot (29) gaat debuteren tegen Spanje en Tim Krul (32, Norwich City) verdedigt het doel van Oranje tegen Bosnië en Herzegovina en Polen.
"We hebben geen onbetwiste nummer één meer, zoals in de tijd van Edwin van der Sar", zegt Frans Hoek, voormalig keeperstrainer van het Nederlands elftal. "Niemand steekt er echt bovenuit. Eigenlijk ligt de positie van keeper in Oranje gewoon open."
"Cillessen speelt in een topcompetitie, maar zit op de bank. Krul heeft vorig jaar fantastisch gekeept, maar speelt in Engeland niet meer op het hoogste niveau. En Marco Bizot zit met AZ tegen de Nederlandse top aan. Het is geen internationale top."
Westerveld is jaloers
"Ik ben een beetje jaloers", reageert Sander Westerveld, zo'n twintig jaar terug nog keeper van Liverpool. "Als ik nu had gekeept, had ik meer dan zes interlands gespeeld. Ik had Edwin van der Sar voor me."
Westerveld vervolgt: "Met andere keepers uit mijn tijd heb ik het er weleens over. Toen had je wel tien keepers die voor Oranje konden spelen. Niet alleen Van der Sar, je had ook Ruud Hesp van Barcelona, Ed de Goeij bij Chelsea en keepers als Edwin Zoetebier, Patrick Lodewijks, Sander Boschker. En ik zal er vast nog wat vergeten. Het is er niet beter op geworden."
Voor Hoek is het hoog tijd dat het niveau van de Nederlandse keepers eens heel grondig onder de loep genomen wordt. "We moeten ons achter de oren krabben", zegt Hoek.
"Wat kunnen we doen om dit niet nog een keer te laten gebeuren? We moeten ons afvragen hoe het nu werkt bij clubs en de KNVB. Waarom breken er zo weinig keepers uit de eigen opleiding door? Daar zit stagnatie. Hoe worden keeperstalenten gescout en geïdentificeerd? Er moet talent zijn, maar het moet wel worden herkend."
"Volgens mij wordt er te veel op meevoetballen opgeleid in Nederland", zegt Westerveld. "Ik was een tijd terug zaakwaarnemer en als clubs uit Engeland of Spanje me belden, wilden ze gewoon een goede keeper. In Nederland vroegen ze om de best meevoetballende keeper, eigenlijk om voetballers met handschoenen."
Ik heb het idee dat die nadruk op meevoetballen minder aan het worden is.
"Neem Thibaut Courtois, die iedereen zo goed vindt", gaat Westerveld verder. "Die zou in Nederland afgedankt worden, omdat hij niet kan meevoetballen. Ander voorbeeld: Tim Krul maakt tegen Mexico een heel goede redding in een één-tegen-één. Daar hoor ik niemand over. Het gaat over hoe hij uitverdedigt, dat er een bal over de zijlijn gaat."
"Bij Liverpool schiet Alisson ook weleens een bal over de zijlijn. Lekker belangrijk. Een keeper moet beslissende reddingen maken, voorzetten pakken."
Kevin Moeliker, voormalig keeperstrainer van Oranje Onder 19 en nu trainer van PSV Onder 16, ziet het wat positiever. "Ik heb het idee dat die nadruk op meevoetballen minder aan het worden is", zegt hij.
"Die hype is voorbij. Het gaat uiteindelijk om ballen tegenhouden. Ik moet wel zeggen dat een goed meevoetballende keeper rust brengt aan het team. Dat is wel belangrijk. Ik weet dat de keepers bij PSV voldoende aandacht krijgen. Over hoe onze keepers zich ontwikkelen, kan ik alleen maar tevreden zijn."
'Bijlow klopt op de deur'
Jonge Nederlandse keepers, ze zijn er wel degelijk. Als vervanger van Cillessen koos bondscoach De Boer aanvankelijk voor de 22-jarige Feyenoorder Justin Bijlow, maar die haakte geblesseerd af. "Bijlow klopt wel op de deur", zegt Hoek. "Hij komt eraan, maar heeft nog geen vol seizoen gespeeld. Bovendien is zijn blessuregevoeligheid een aandachtspunt. Hij mist regelmatig wedstrijden."
Hoek: "Met Bijlow is ons probleem ook niet meteen opgelost. Bij Cillessen weet je dat hij het naar behoren zal doen. Dat weten we bij Bijlow nog niet. Hoe gaat hij om met het spelen met wereldspelers om zich heen? Dat is nog een vraagteken."
"Bijlow is een échte keeper", zegt Moeliker. "Heel goed in de één-tegen-één. Hij duikt overal voor, is nergens bang voor. Ook met de voeten is hij goed. Het talent spat ervan af. Bovendien een fijne gozer om mee te werken. Ik vind hem het verst van de jonge keepers. Dat komt ook omdat hij bij een topclub speelt. Dan leer je met druk omgaan. Europees staat hij ook zijn mannetje."
Andere talentvolle Nederlandse keepers zijn Joël Drommel (23, FC Twente), Yanick van Osch (23, Fortuna Sittard) en Maarten Paes (22, FC Utrecht). Moeliker werkte van 2011 tot 2016 als keeperstrainer van Oranje Onder 19, maakte de EK's van 2015 en 2016 mee en werkte met meerdere van bovengenoemde keepers.
"Bij Drommel zag ik in de onder 19 al veel talent", vervolgt Moeliker. "Hij was voetballend goed, kon goed met ruimte achter de verdediging omgaan en was sterk in hoge ballen. En er stond iemand met uitstraling. Eigenlijk moest hij er bij Twente iets te vroeg staan. Hij maakte in het begin geen goede indruk en heeft daar een tijdje last van gehad. Het afgelopen seizoen zag je hem steeds beter worden en steeds minder fouten maken."
"Van Osch is heel talentvol, maar heeft tegenslag gehad met blessures. Hij staat nog maar aan het begin van zijn eredivisieavontuur. Ik heb erg fijn met ze samengewerkt, omdat ze allemaal zo leergierig zijn. Ik heb Joël nog een appje gestuurd om hem te feliciteren met zijn selectie."
'Bijlow heeft de toekomst'
Voor Westerveld blijft Cillessen op dit moment nog de beste keeper voor Oranje. "Maar Bijlow heeft de toekomst. Hij is compleet, beheerst alles, heeft een goede mentaliteit, is agressief en technisch goed. Drommel is qua stijl iets anders. Iets aanvallender en iets meer meevoetballend. Met soms wat technische fouten. Die twee zijn wel de keepers van de toekomst."