Wilders veroordeeld voor groepsbelediging, maar krijgt geen straf
PVV-leider Geert Wilders is door het gerechtshof in Den Haag schuldig bevonden aan groepsbelediging op de avond van de gemeenteraadsverkiezingen in 2014, maar vrijgesproken van het aanzetten tot haat en discriminatie. Net als van de rechtbank in 2016 krijgt de PVV-leider geen straf. Het hof vindt dat hij als democratisch gekozen politicus met zijn jarenlange beveiliging een hoge prijs betaalt voor zijn uitlatingen.
De zaak draaide om de vraag van Wilders op de verkiezingsavond of zijn aanhangers in Nederland meer of minder Marokkanen wilden. "Minder!", scandeerden zijn aanhangers, waarop de PVV-leider zei: "Dan gaan we dat regelen".
Volgens het hof gingen zijn uitlatingen te ver en waren ze "onnodig grievend" voor alle Marokkanen. Het gerechtshof zegt dat uitlatingen wel provocerend mogen zijn, maar niet bepaalde grenzen mogen overschrijden, vooral waar het gaat om het respect voor de eer en goede naam en de rechten van anderen.
"De ruime uitingsvrijheid ontbreekt in het bijzonder bij het belasteren van minderheidsgroepen, omdat daarmee de pluriforme democratische samenleving wordt ondergraven. Verdraagzaamheid en respect voor de gelijkwaardigheid van alle mensen vormen immers het fundament van een democratische en pluriforme samenleving", zei de rechter.
Wilders zegt dat hij alleen problemen heeft benoemd en oplossingen heeft aangedragen die ook in zijn verkiezingsprogramma stonden. Hij vindt dat hij zich in de Tweede Kamer moet verantwoorden en niet in de rechtbank.
Zijn belangrijkste verdediging was dat hij vindt dat de beslissing om hem te vervolgen politiek gemotiveerd was. De top van het Openbaar Ministerie heeft met toenmalig justitieminister Opstelten gesproken over de aangiften tegen de PVV-leider. Volgens het hof was dat tijdens een regulier overleg en paste het bij de informatieplicht die het OM tegenover de minister van Justitie heeft. Er was van een structurele, inhoudelijke bemoeienis geen sprake.
De PVV-leider blijft erbij dat Opstelten en zijn ambtenaren zich nadrukkelijk met het proces bemoeiden.
In de uitspraak werd ook ingegaan op de persoonlijke omstandigheden van Geert Wilders:
Duizenden mensen deden na de uitspraken van Wilders aangifte van discriminatie bij het Openbaar Ministerie. In december 2014 werd besloten om hem te vervolgen. De PVV-leider heeft altijd gezegd dat hij niet alle Marokkanen bedoelde, maar alleen criminele overlastgevende Marokkanen.
De rechtbank veroordeelde Wilders vervolgens voor groepsbelediging en het aanzetten tot haat en discriminatie, maar ook de rechtbank legde geen straf op. Zowel Wilders als het OM ging daarop in hoger beroep. Dat werd behandeld door het gerechtshof Den Haag, maar vanwege de veiligheid waren de zittingen en de uitspraak in de extra beveiligde rechtbank op Schiphol.
Wilders heeft laten weten dat hij in cassatie gaat bij de Hoge Raad. "Nederland is een corrupt land geworden", zei de PVV-leider na de uitspraak. "Ik zal altijd doorgaan. Dit zal mij en de PVV sterker maken."