Emoties bij zaak-Wilders lopen hoog op: 'Veel corrupter wordt het niet'
De emoties zijn hoog opgelopen bij de voortzetting van het hoger beroep tegen Geert Wilders om zijn 'minder-Marokkanen'-uitspraak. De PVV-leider verweet het Openbaar Ministerie "verblind te zijn door haat" tegen hem en zijn partij. Hij noemde zijn vervolging een "dieptepunt van de rechtsstaat", waarin het OM "schaamteloos" heeft gehandeld. "Veel corrupter wordt het niet."
Een hevig geëmotioneerde advocaat-generaal zei dat hij nog nooit met die woorden was aangesproken door een verdachte. Hij noemde de beschuldigingen "volstrekt onjuist".
De advocaat-generaal zei dat zijn reactie op Wilders' uitspraken "is ingegeven door boosheid en ongelooflijke verbazing".
Over de inhoud van het proces "kan gesproken worden", zei de advocaat-generaal. "Wij zullen het nooit eens worden, maar die woorden kunnen niet. Het gaat te ver te zeggen dat wij leugens verkondigen. Wij handelen naar eer en geweten."
OM: geen bewijs politieke beïnvloeding
De aanleiding voor het conflict was de vraag of de regering het Openbaar Ministerie heeft beïnvloed in de vervolging van Wilders, wat gezien het idee van de scheiding der machten gevoelig ligt. In opdracht van het hof heeft het OM alle communicatie tussen de minister en het OM doorgespit. Het Openbaar Ministerie zei vandaag geen bewijs te hebben gevonden van politieke beïnvloeding bij het besluit om Wilders te vervolgen voor zijn 'minder-Marokkanen'-uitspraak in 2014.
Dat zei het OM al eerder, maar de relevante mails, brieven en andere documenten waren nog niet openbaar gemaakt. Dat heeft minister Grapperhaus van Justitie en Veiligheid maandag gedaan. Het gaat om 475 'items'.
Wilders staat voor de rechter vanwege zijn uitspraken bij de uitslag van de gemeenteraadsverkiezingen in 2014. Aan zijn toehoorders in Den Haag vroeg hij of zij "in deze stad en in Nederland meer of minder Marokkanen willen". "Minder!", scandeerden zij. Daarop zei Wilders: "Dan gaan we dat regelen."
Veroordeeld zonder straf
In 2016 werd de politicus door de rechtbank Den Haag veroordeeld voor groepsbelediging en aanzetten tot discriminatie, maar kreeg hij geen straf. Zowel het OM als Wilders ging daartegen in beroep. Het OM vindt dat Wilders alsnog een geldboete van 5000 euro hoort te krijgen, Wilders vraagt om vrijspraak.
Wilders heeft altijd volgehouden dat het proces tegen hem politiek gemotiveerd is. Bewijs voor die beïnvloeding ziet de verdediging in de bemoeienis van toenmalig minister Opstelten bij de persberichten over de vervolging. Het OM ziet daarin geen inhoudelijke beïnvloeding, Wilders wel.
In de nu vrijgekomen stukken zegt Wilders meer bewijs te zien voor beïnvloeding van de politiek. Zo is zijn zaak besproken in de ministerraad. Zijn advocaat Geert-Jan Knoops heeft verzocht de notulen hiervan bij het procesdossier te voegen.
Ook zijn er volgens Wilders ontlastende stukken bewust achtergehouden door toenmalig minister Van der Steur. Rond de behandeling van de rechtszaak liep er gelijktijdig een verzoek tot openheid volgens de Wet openbaarheid van bestuur (Wob). Van der Steur heeft volgens Wilders bewust gewacht met het openbaar maken van stukken tot na de eerste uitspraak in 2016.
Het OM is nog niet ingegaan op deze beweringen. Het Hof heeft besloten dat de rechtszaak op 23 maart wordt voortgezet.