In de stad van George Floyd willen ze een radicaal andere politiemacht
Met zijn ruim twee meter lang kon je moeilijk om hem heen. Big Floyd noemden ze hem in Cuney Homes, de arme zwarte wijk in Houston waar George Floyd opgroeide. Hier ging hij naar school en wilde hij eerst basketballer en later rapper worden.
Helaas ging zijn naam de wereld over om een heel andere reden. De 46-jarige Floyd stierf in Minneapolis nadat een witte politieagent hem minutenlang tegen de grond hield met een knie in zijn nek. Door zijn dood is hij uitgegroeid tot het symbool van buitensporig politiegeweld.
In de wijk Cuney Homes werkt een grote muurtekening aan de zijkant van de buurtsuper als een magneet voor inwoners uit de hele stad. Mensen laten ballonnen op en nemen selfies met achter hen de beeltenis van George Floyd met engelenvleugels. Zijn aureool bestaat uit de tekst: Forever breathing in our hearts, een verwijzing naar Floyds laatste woorden: "I can't breathe".
Onderdrukking van minderheden
"Ik snap er nog steeds niets van." Travis Cains, een jeugdvriend van Floyd schudt zijn hoofd. "Wat ging er door die agent heen om dit mijn maatje aan te doen? We willen gerechtigheid. Hou op ons te vermoorden. Die agenten moeten de gevangenis in, ze hebben misbruik gemaakt van hun macht."
Cuney Homes maakt deel uit van de Third Ward, een historisch zwart stadsdeel in de Texaanse stad. Een plek waar de inwoners de politie vooral zien als een gevaar. Howard Henderson doet al jaren onderzoek naar de rol van de politie in wijken als de Third Ward.
"Als je kijkt naar het historische karakter van de politie in Amerika, dan zie je onderdrukking van minderheden en armen", zegt Henderson. "Afro-Amerikanen zijn overmatig vertegenwoordigd in het strafrechtsysteem. Ze vormen slechts 12 procent van de bevolking maar in sommige gebieden zijn ze goed voor 75 procent van alle arrestaties en gevangenisstraffen. Daardoor leven zwarte Amerikanen in constante angst voor de politie."
Henderson is verbonden aan de Center for Justice Research van de Texas Southern University, een zogeheten HBCU (Historically Black College and Universities), speciaal opgericht voor zwarte Amerikanen die op andere scholen niet werden toegelaten vanwege hun huidskleur. Een praktijk waar het Hooggerechtshof in 1954 formeel een einde aan maakte, maar die pas begin jaren zeventig van de vorige eeuw volledig werd uitgebannen.
We kunnen stemmen op wie we willen en de hele dag protesteren, maar aan het einde van de dag verliezen we toch van ze.
Volgens Henderson staat Amerika aan de wieg van nog zo'n grote verandering. "We zien een nieuwe generatie opstaan die zegt dat de macht van de politie niet absoluut is en dat het hele systeem democratischer moet worden. De politie moet transparanter handelen en meer verantwoording afleggen."
Het wensenlijstje is helder, maar het verzet van binnenuit is hevig. De afgelopen weken gingen Amerikaanse politieagenten viral met een zee aan feelgood-videos. Ze liepen mee in protesten, knielden samen met demonstranten en doen zelfs aan breakdancen. Volgens critici puur bedoeld om de vele video's waarbij de politie geweld gebruikt tegen demonstranten uit de headlines te drukken (#copaganda) en zo de ongemakkelijke waarheid van een op hol geslagen politiemacht te maskeren.
Die strategie zou de machtige politievakbonden goed uitkomen, die achter de schermen al te strenge regelgeving zouden willen tegenhouden om hun leden te beschermen. Henderson: "Soms is de vakbondspresident even machtig als de politiecommissaris en dus heb je als het ware politieagenten die twee heren dienen, terwijl het publiek nauwelijks informatie krijgt over de rol van de bonden en hun invloed op het beleid."
Openbare veiligheid
Een van de meest radicale reacties in het debat over politiehervormingen is de term defund the police, een idee dat ook de beweging Black Lives Matter omarmt. Linkse activisten willen drastisch snijden in de politiebudgetten of de geldkraan helemaal dichtdraaien en dat geld besteden aan sociale dienstverlening als huisvesting voor daklozen, bijstand voor mentale gezondheidsproblemen en voedselhulp.
Deze vergaande visie over hoe de openbare veiligheid eruit moet zien, wint aan urgentie na de recente onrust en de gigantische begrotingstekorten door de coronacrisis.
Toch denkt de 38-jarige Rose Robertson, vlakbij het oude huis van Floyd, dat mensen met macht die veranderingen zullen tegenhouden. "We kunnen stemmen op wie we willen en de hele dag protesteren, maar aan het einde van de dag verliezen we toch van ze."