Sexchatting met kinderen wordt expliciet strafbaar
Volwassenen die seksueel getinte berichten sturen naar kinderen onder de 16 jaar worden binnenkort harder aangepakt. In een wetsvoorstel dat vandaag in consultatie gaat, schrijft minister Grapperhaus van Justitie dat 'sexchatting' met kinderen voortaan expliciet strafbaar wordt gesteld.
Sexchatting is relatief nieuw en staat daarom nog niet in het Wetboek van Strafrecht. Grapperhaus wil dat veranderen, om kinderen beter te beschermen. "Als stelselmatig op seksuele wijze met kinderen wordt gecommuniceerd door volwassenen is dat schadelijk voor hun ontwikkeling", schrijft hij. Wie het toch doet, riskeert in de toekomst een gevangenisstraf van twee jaar.
Het voorstel maakt onderdeel uit van een groter plan van de minister om de zedenwetgeving te moderniseren. Slachtoffers moeten beter beschermd worden. De straffen gaan omhoog en gaan ook gelden voor misdrijven die online gepleegd worden. Eerder was al aangekondigd dat alle seks tegen de wil van de ander strafbaar wordt.
Minister Grapperhaus over sexchatting:
Ook het juridische begrip verkrachting wordt uitgebreid. Het gaat nu ook gelden voor situaties waarin een mannelijk slachtoffer door chantage wordt gedwongen tot seksuele penetratie van het lichaam van de dader, van een derde, of van zichzelf. Dat wordt nu nog gezien als aanranding, waar een lichtere straf op staat. Ook seksuele intimidatie wordt strafbaar, zowel op straat als online.
Experimenteergedrag ongemoeid
De nieuwe wet moet meer rekening gaan houden met de huidige opvattingen over normaal seksueel gedrag. "Seks moet vrijwillig en gelijkwaardig zijn; dat is de sociale norm", schrijft Grapperhaus. Ook voor jongeren, en juist daarom wordt 'sexting', het uitwisselen van zelfgemaakt seksueel getint beeldmateriaal, voor hen niet strafbaar.
"Sexting wordt tegenwoordig gezien als experimenteergedrag dat ook onderdeel kan zijn van de seksuele ontwikkeling van jongeren", meent Grapperhaus. Hij wil het daarom niet langer behandelen als kinderporno, zolang het maar vrijwillig onder leeftijdsgenoten gebeurt en uitsluitend bestemd is voor privégebruik. Als een jongere de beelden toch verspreidt tegen de wil van de ander, kan hij of zij vervolgd worden volgens het jeugdstrafrecht.