Gökmen T. spuugt naar rechters, opnieuw weggestuurd
Verdachte Gökmen T. is op de dag dat zijn verdediging aan het woord komt, opnieuw uit de rechtszaal verwijderd. De man die verdacht wordt van de aanslag op de tram in Utrecht vorig jaar spuugde bij het begin van de zitting naar de rechters en raakte de voorzitter op een haar na. Ook was te horen dat hij "oprotten" zei.
Nadat T. in een aparte ruimte was geplaatst, vroeg een rechter via een videoverbinding of hij nog wilde reageren op de eis van levenslang die het Openbaar Ministerie gisteren uitsprak. "Ik pis op jullie allemaal, hoerenkinderen", was het antwoord. En: "Doe de groeten aan jouw moeder." Daarop zei de rechter: "Ik zal het in overweging nemen. Ik kan hier verder niet serieus op ingaan."
Op last van de rechtbank zijn de stem van T. en het spugen in deze video niet hoorbaar:
De aan T. toegewezen advocaat, André Seebregts, wees erop dat zijn cliënt recht heeft op een eerlijk proces, ondanks zijn "schokkende" gedrag. Hij verzocht de rechtbank zijn cliënt geen levenslang op te leggen, maar een tijdelijke gevangenisstraf met tbs en dwangverpleging. Hem de kans op terugkeer in de maatschappij ontnemen, is volgens Seebregts in strijd met het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens. Het OM bestrijdt dat.
De raadsman wilde de rechtbank "geen concreet voorstel" doen over de duur van de gevangenisstraf. Hij erkende dat een eventuele behandeling langdurig zal moeten zijn, omdat T. zwakbegaafd is en niet bereid is om mee te werken. Daar komt nog bij dat de kans op herhaling groot is en de gevolgen in dat geval heel ernstig zijn.
Ook de advocaat van Gökmen T. werd bespuugd door zijn cliënt. Toch heeft hij nooit overwogen te stoppen:
Het proces tegen de 38-jarige T. begon maandag. Drie keer werd hij vanwege wangedrag uit de rechtszaal gestuurd.
Justitie houdt T. verantwoordelijk voor de moord op vier slachtoffers, poging tot moord op drie mensen en bedreiging met een terroristisch misdrijf. Volgens justitie handelde T. met een terroristisch oogmerk.
T. maakte geen gebruik van het recht om als laatste het woord te voeren. De rechtbank doet op 20 maart uitspraak.