Woensdag was ze nog in Wuhan om voor de Telegraaf verslag te doen van de paniek over het coronavirus. Inmiddels is journalist Cindy Huijgen terug in haar woonplaats Peking. Ze zat op een van de laatste vluchten uit Wuhan, de Chinese stad waar een nieuwe variant van het coronavirus voor het eerst opdook. De stad is vrijwel helemaal afgesloten van de buitenwereld om verspreiding van het dodelijke virus tegen te gaan.
"Het reisverbod zou gisteren om 10 uur ingaan", vertelt Huijgen. "Ik zou eigenlijk pas vandaag terugvliegen, dus ik moest mijn vlucht omboeken. Toen ik op het vliegveld aankwam, waren er zoveel mensen. Iedereen stond daar nog in de hoop dat ze de stad konden verlaten."
"Elke keer dat ik naar het mededelingenbord keek, zag ik dat er weer een vlucht was geannuleerd. Mijn vlucht ging om 10 uur precies, dus ik begon hem op een gegeven moment echt te knijpen. Tot het moment dat ik opsteeg dacht ik echt: 'dit gaat hem niet worden'. Uiteindelijk was ik gelukkig een van de gelukkigen."
In het vliegtuig werd van alle passagiers de lichaamstemperatuur gecontroleerd:
Terug in Peking ziet Huijgen dat ook daar de angst "enorm" is toegeslagen. Zeker nu duidelijk is dat niet alle corona-patiënten per se koorts hebben. "De temperatuur was juist de manier waarop mensen controleerden of ze ziek zijn. Nu blijkt dat dat niet een symptoom is dat alle patiënten hebben, zijn mensen echt in paniek."
Dit weekend is Chinees Nieuwjaar, een feest waarbij veel Chinezen naar evenementen gaan of naar familie elders in het land reizen. "Maar veel mensen blijven gewoon thuis omdat ze te bang zijn om naar buiten te gaan", zegt Huijgen. "Mensen houden hun buren heel erg in de gaten. Ook sommige van mijn vrienden zeggen 'je komt net uit Wuhan, ik wil jou even twee weken niet zien, ik wil niet het risico lopen dat ik het virus van jou krijg'."
Het meten van de lichaamstemperatuur blijft een goede manier voor mensen in China om te testen of ze mogelijk het coronavirus hebben opgelopen:
Daarnaast is er veel wantrouwen onder de bevolking richting de overheid, zegt Huijgen. "Er doen heel veel doemscenario's en theorieën de ronde. Bijna niemand gelooft de overheidscijfers over het aantal patiënten."
"Ik heb een paar mensen gesproken die in Hongkong zitten waar in 2002, 2003 het SARS-virus uitbrak. Daar heeft iedereen helemaal zoiets van: 'wij geloven compleet niet wat de Chinese overheid vertelt over dit virus'."
Toch lijkt de Chinese overheid met alle vergaande maatregelen een stuk adequater te reageren dan bij de uitbraken van SARS, ook een coronavirus. Een aantal grote steden is volledig afgesloten en veel vervoer is platgelegd.
Nog veel onbekend
Het aantal ziektegevallen buiten China is nu nog erg beperkt. Dat benadrukt ook Wereldgezondheidsorganisatie WHO, die daarom nog niet wil spreken van een internationale noodtoestand.
Huijgen: "Vergeleken met SARS zijn er nog weinig mensen overleden. Maar hoe gevaarlijk het virus is, blijft lastig in te schatten. Er is gewoon nog veel onbekend. Dus nemen veel mensen het zekere voor het onzekere."
Bijna iedereen die in Peking op straat loopt, draagt een mondkapje, zegt Huijgen. De Nederlandse Erik Bouwknegt runt een webshop met restpartijen en profiteert van de enorm toegenomen vraag naar mondkapjes: