Ook deze decembermaand staan de nieuwssites weer vol met berichten over loodsen, garageboxen en schuren vol met illegaal vuurwerk. Drukke tijden dus voor de opsporingsdiensten, die dit jaar tot nu toe ruim 42.000 kilo verboden vuurwerk hebben gevonden.
Het gaat vaak om vuurwerk uit de allerzwaarste categorie, zoals cobra's, nitraten en mortierbommen, dat alleen door deskundigen gebruikt mag worden. Maar vooral dankzij criminele organisaties komt naar schatting elk jaar een tot twee miljoen kilo tóch in handen van consumenten.
Hoe komen criminelen aan dat vuurwerk? En hoe belandt het vervolgens in die loodsen, garageboxen en woningen? NOS Stories volgde het spoor van illegaal vuurwerk aan de hand van de Cobra: van de Italiaanse fabriek waar het wordt gemaakt, tot de scholier die er op school flink aan verdient.
In theorie zouden consumenten geen zwaar vuur moeten kunnen kopen. Want iedereen die binnen de Europese Unie zwaar vuurwerk uit de vierde categorie verkoopt, moet checken of die persoon de juiste papieren heeft. In Nederland betekent dat dat een verkoper een speciaal certificaat (vuurwerkdeskundige) in bezit moet hebben en een vergunning nodig heeft om zwaar vuurwerk op te slaan. Dat laatste is in praktijk heel lastig, want dat mag in Nederland bijna nergens.
Overschot aan cobra's
Vuurwerkproducenten mogen volgens de regels zoveel maken als ze zelf willen en er is ook geen maximum op de explosiviteit ervan - zolang ze het dus maar verkopen aan mensen met de juiste papieren. Het bekendste vuurwerkproductieland is natuurlijk China, maar ook in Italië en Spanje staan veel fabrieken.
Cobra's en andere knallers zijn niet interessant volgens vuurwerkdeskundigen, want in vuurwerkshows wordt vooral siervuurwerk gebruikt. Toch produceerden fabrieken volgens een Europees rapport de afgelopen jaren opmerkelijk veel knalvuurwerk. Volgens experts moeten die fabrieken dus echt wel weten dat ze hun knalvuurwerk voor de illegale markt produceren.
Maar volgens de Cobra-fabriek in Italië zijn die beschuldigingen uit de lucht gegrepen. "Wij vragen kopers om vergunningen, maar daarna kunnen wij niks meer doen", zegt directeur Elio Di Blasio. "Ik kan niet aan elke klant vragen wat zij met het zware vuurwerk gaan doen."
Volgens Di Blasio produceert zijn fabriek nog nauwelijks cobra's, maar worden ze door veel andere fabrieken nagemaakt. Die namaakknallers belanden volgens hem in Nederland.
Schimmige handel
Niet alleen fabrieken, maar ook importeurs en tussenhandelaren zijn hoogstwaarschijnlijk onderdeel van de schimmige handel. Zij controleren - bewust of onbewust - de papieren van hun kopers niet goed. "Het probleem is dat certificaten en vergunningen niet overal hetzelfde zijn in Europa", zegt Andrew Howard, die onderzoek voor de Europese Commissie deed naar de illegale handel in zwaar vuurwerk.
"Laatst vond de politie nog allerlei papieren bij een Poolse handelaar, maar die bleken nep. Vermoedelijk hebben veel meer criminelen valse papieren. Het kan dus goed zijn dat vuurwerkimporteurs die papieren dus wel checken, maar niet doorhebben dat ze nep zijn."
De criminele organisaties hebben nog een truc om het de politie lastig te maken. "Ze verkopen op papier aan mensen in allerlei landen", zegt Ad Nieuwdorp, vuurwerkexpert bij de politie. "Het gaat dan bijvoorbeeld van Italië, naar Tsjechië en dan weer naar Polen. Door dit soort katvangers is het erg lastig om erachter te komen waar het vuurwerk de illegaliteit is ingegaan."
Heen en weer rijden
Tot vorig jaar bestelden veel mensen hun illegale vuurwerk bij webshops, voornamelijk in Polen. Na een grote Europese actie is volgens de politie aan die handel via de post een einde gekomen. Dit jaar lijkt het erop dat de criminelen weer meer heen en weer rijden naar het buitenland.
Het vuurwerk wordt zo dicht mogelijk bij de grens, bijvoorbeeld in Duitsland, in loodsen opgeslagen. Dat doen de handelaren omdat ze dan minder risico lopen, want de straffen voor de handel in illegaal vuurwerk zijn bij onze oosterburen een stuk lager dan in Nederland.
De criminele organisaties laten anderen vervolgens het vuurwerk de grens overbrengen. Volgens de politie vertonen de distributielijnen daarbij overeenkomsten met drugsroutes. "Het zijn vaak jongens die ook in andere dingen handelen, zoals drugs en sigaretten", zegt Nieuwdorp. "Ze weten hoe ze moeten smokkelen."
Die 'jongens' brengen het illegale vuurwerk vervolgens naar de Nederlandse loodsen, garageboxen en schuren waar je in het nieuws zoveel over hoort. Vanuit daar wordt het vuurwerk verder verkocht en over Nederland verspreid.