Hogere lonen en meer winstbelasting in tegenbegroting linkse oppositie
Als het aan de linkse oppositiepartijen in de Tweede Kamer ligt, gaat de winstbelasting voor bedrijven met ruim vier miljard euro omhoog. Ook mensen met veel vermogen moeten meer belasting gaan betalen. Het geld dat daarmee wordt opgehaald, moet vooral ingezet worden voor meer loon en een lagere werkdruk in de publieke sector.
De plannen staan in een tegenbegroting, die GroenLinks, SP en PvdA vandaag presenteren als alternatief voor de Miljoenennota van het kabinet. "Wij laten zien dat je met hetzelfde geld andere keuzes kunt maken", zegt SP-leider Lilian Marijnissen. De drie hebben goede hoop dat de regeringspartijen ze op onderdelen zullen steunen. "Als ik de Troonrede hoor, zou ook het kabinet blij moeten zijn met veel van onze voorstellen", meent GroenLinks-voorman Jesse Klaver.
De linkse oppositie wil het toptarief in de winstbelasting verhogen naar 30 procent. Het kabinet wil het huidige tarief van 25 procent handhaven. Een hogere vermogensbelasting voor de grootste vermogens moet 1,8 miljard euro opleveren. In totaal willen de partijen 6,5 miljard vrijspelen.
Dat geld moet ten goede komen aan hogere salarissen voor leraren, zorgmedewerkers, politiemensen en sociale advocaten. Ook zou het moeten worden gebruikt voor het halveren van het eigen risico in de zorg (nu nog 385 euro per jaar). Die maatregel kost 2 miljard. Daarnaast kan het minimumloon met 2,5 procent omhoog.
Klaver (GroenLinks), Marijnissen (SP) en Asscher (PvdA) zijn eensgezind:
De partijen willen 2 miljard euro investeren in de publieke sector. PvdA-leider Lodewijk Asscher wil vooral het onderwijs steunen. "Je ziet een enorm lerarentekort, waardoor kinderen niet het onderwijs krijgen dat ze nodig hebben. Het kabinet laat dat totaal liggen."
Op de woningmarkt willen GroenLinks, SP en PvdA extra investeren in lagere huren, nieuwbouw en verduurzaming van bestaande woningen. De energiebelasting voor huishoudens gaat omlaag, terwijl grootverbruikers als bedrijven meer gaan betalen.