Wouda wil niet te zwaar tillen aan dramatisch WK, maar 'zwemmers hebben huiswerk'
De cijfers liegen er niet om. Slechts één medaille won de Nederlandse zwemploeg tijdens de WK zwemmen in Gwangju. Een jaar voor de Olympische Spelen in Tokio is er werk aan de winkel.
"Ik wil niets goedpraten", zegt bondscoach Marcel Wouda over de teleurstellende prestaties. Een crisis wil hij het niet noemen, hij zag het deels aankomen. "Maar ik deel de zorg."
Ranomi Kromowidjojo was met haar zilveren medaille een lichtpuntje, maar ook de kopvrouw van de Nederlandse ploeg lijkt in deze vorm haar beste tijd te hebben gehad.
"Ik denk dat we als ploeg met een onbevredigend gevoel terug naar Nederland gaan", vervolgt Wouda. "Ik heb het idee dat er meer in zat. De voorbereiding was goed. De sporters zijn in vorm en willen hun beste prestatie neerzetten. Maar het lukte niet."
Binnen de zwemploeg wordt er gezocht naar aanknopingspunten. "We hebben kort de tijd, de sporters hebben huiswerk", weet Wouda. En dat geldt natuurlijk ook voor hem. "Het zijn allemaal individuele verhalen. Dat maakt het mooi, maar ook lastig."
Nieuwe Ranomi of Femke
Wouda gelooft dat er nog wel wat uit deze ploeg te halen valt. Hij moet ook wel, want dit zijn de namen die het voor Nederland moeten gaan doen. "Er ligt een plan klaar", zegt hij over Kromowidjojo, die zelf nog overtuigd is van haar medaillekansen.
"Zij wil vlammen volgend jaar en daar kunnen wij bij helpen", aldus Wouda. "We moeten nu het maximale uit deze sporters halen. We hebben niet zomaar een nieuwe Ranomi of Femke Heemskerk, dat heeft tijd nodig."
Naast de medaille van Kromowidjojo vond Wouda ook de prestatie van Arjan Knipping een hoogtepunt. De 25-jarige zwemmer pakte Wouda het Nederlands record af op de 400 meter wisselslag én kwalificeerde zich voor de Spelen.
Een verklaring voor de schrale oogst in Zuid-Korea kan ook zijn dat de focus bij veel zwemmers nu vooral lag bij het veiligstellen van een ticket voor de Spelen.
"Ik was heel zenuwachtig", blikt Nyls Korstanje terug. "Ik dacht: we kunnen Tokio halen hier, dit moet de race van mijn leven worden. Daardoor ben ik er anders ingegaan."
"Er staan op een WK nieuwe sterren op en daar gaan we volgend jaar meer van zien", denkt oud-zwemmer Johan Kenkhuis, nu analist voor de NOS. Maar zitten daar ook Nederlanders bij?
"Met de mannen zijn we structureel naar een hoger niveau gegaan", vindt Jesse Puts. "We hebben drie individuele limieten gehaald: Arno Kamminga, Arjan Knipping en ik. Dat is al beter dan de voorgaande jaren."
Het belangrijkste is volgens Femke Heemskerk dat er ook verder wordt gekeken dan Tokio volgend jaar. "Het blijkt gewoon dat er steeds minder mensen blijven zwemmen na het schoolzwemmen", weet ze.
"Wat kunnen we doen om het leuk te maken? Ik vind het een fantastische sport en zou het mooi vinden om dat met veel jonge mensen te delen."
Kenkhuis zou ook graag willen bijdragen aan een plan om de zwemsport in Nederland nieuw leven in te blazen. "Ze mogen me bellen."